G3688 ὄνος
ezel, ezelin

Bijbelteksten

Mattheus 21:2Gaat heen in het vlek, dat tegen u over [ligt], en gij zult terstond een ezelin gebonden vinden, en een veulen met haar; ontbindt ze, en brengt ze tot Mij.
Mattheus 21:5Zegt der dochter Sions: Zie, uw Koning komt [tot] u, zachtmoedig en gezeten op een ezelin en een veulen, zijnde een jong ener jukdragende [ezelin].
Mattheus 21:7Brachten de ezelin en het veulen, en legden hun klederen op dezelve, en zetten [Hem] daarop.
Lukas 13:15De Heere dan antwoordde hem en zeide: Gij geveinsde, maakt niet een iegelijk van u op den sabbat zijn os of ezel van de kribbe los, en leidt [hem] heen om te doen drinken?
Johannes 12:15Vrees niet, gij dochter Sions, zie, uw Koning komt, zittende op het veulen ener ezelin.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen