G3723 ὀρθῶς
recht, juist

Bijbelteksten

Markus 7:35En terstond werden zijn oren geopend, en de band zijner tong werd los, en hij sprak recht.
Lukas 7:43En Simon, antwoordende, zeide: Ik acht, dat hij het [is], dien hij het meeste kwijtgescholden heeft. En Hij zeide tot hem: Gij hebt recht geoordeeld.
Lukas 10:28En Hij zeide tot hem: Gij hebt recht geantwoord; doe dat, en gij zult leven.
Lukas 20:21En zij vraagden Hem, zeggende: Meester, wij weten, dat Gij recht spreekt en leert, en den persoon niet aanneemt, maar den weg Gods leert in der waarheid.
Handelingen 14:10Zeide met grote stem: Sta recht op uw voeten! En hij sprong op en wandelde.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs