G4341 προσκαλέομαι
naderbij roepen, laten komen, oproepen, dagvaarden
Handelingen 5:40 | En zij gaven hem gehoor; en als zij de apostelen tot zich geroepen hadden, geselden zij [dezelve], en geboden [hun], dat zij niet zouden spreken in den Naam van Jezus; en lieten hen gaan. |
Handelingen 6:2 | En de twaalven riepen de menigte der discipelen tot zich, en zeiden: Het is niet behoorlijk, dat wij het Woord Gods nalaten, en de tafelen dienen. |
Handelingen 13:2 | En als zij den Heere dienden, en vastten, zeide de Heilige Geest: Zondert Mij af beiden Barnabas en Saulus tot het werk, waartoe Ik hen geroepen heb. |
Handelingen 13:7 | Welke was bij den stadhouder Sergius Paulus, een verstandigen man. Deze, Barnabas en Saulus tot zich geroepen hebbende, zocht zeer het Woord Gods te horen. |
Handelingen 16:10 | Als hij nu dit gezicht gezien had, zo zochten wij terstond naar Macedonie te reizen, besluitende [daaruit], dat ons de Heere geroepen had, om denzelven het Evangelie te verkondigen. |
Handelingen 20:1 | Nadat nu het oproer gestild was, Paulus, de discipelen tot zich geroepen en gegroet hebbende, ging uit om naar Macedonie te reizen. |
Handelingen 23:17 | En Paulus riep tot zich een van de hoofdmannen over honderd, en zeide: Leid dezen jongeling heen tot den overste; want hij heeft hem wat te boodschappen. |
Handelingen 23:18 | Deze dan nam hem en bracht [hem] tot den overste, en zeide: Paulus, de gevangene, heeft mij tot zich geroepen, en begeerd, dat ik dezen jongeling tot u zou brengen, die u wat heeft te zeggen. |
Handelingen 23:23 | En zekere twee van de hoofdmannen over honderd tot zich geroepen hebbende, zeide hij: Maakt tweehonderd krijgsknechten gereed, opdat zij naar Cesarea trekken, en zeventig ruiters, en tweehonderd schutters, tegen de derde ure des nachts; |
Jakobus 5:14 | Is iemand krank onder u? Dat hij tot zich roepe de ouderlingen der Gemeente, en dat zij over hem bidden, hem zalvende met olie in den Naam des Heeren. |