G5692
-

Bijbelteksten

Efeziers 6:21En opdat ook gij moogt weten hetgeen mij aangaat; [en] wat ik doe, [dat] alles zal u Tychikus, de geliefde broeder en getrouwe dienaar in den Heere, bekend maken;
Filippenzen 1:6Vertrouwende ditzelve, dat Hij, Die in u een goed werk begonnen heeft, [dat] voleindigen zal tot op den dag van Jezus Christus;
Filippenzen 1:25En dit vertrouw en weet ik, dat ik zal blijven, en met u allen zal verblijven tot uw bevordering en blijdschap des geloofs;
Filippenzen 2:20Want ik heb niemand, die even alzo gemoed is, dewelke oprechtelijk uw zaken zal bezorgen.
Filippenzen 3:15Zovelen dan als wij volmaakt zijn, laat ons dit gevoelen; en indien gij iets anderszins gevoelt, ook dat zal u God openbaren.
Filippenzen 3:21Die ons vernederd lichaam veranderen zal, opdat hetzelve gelijkvormig worde aan Zijn heerlijk lichaam, naar de werking, waardoor Hij ook alle dingen Zichzelven kan onderwerpen.
Filippenzen 4:4Verblijdt u in den Heere te allen tijd; wederom zeg ik: Verblijdt u.
Filippenzen 4:7En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw zinnen bewaren in Christus Jezus.
Filippenzen 4:19Doch mijn God zal naar Zijn rijkdom vervullen al uw nooddruft, in heerlijkheid, door Christus Jezus.
Colossenzen 4:7Al mijn zaken zal u bekend maken Tychikus, de geliefde broeder, en getrouwe dienaar, en mededienstknecht in de Heere,
Colossenzen 4:9Met Onesimus, den getrouwen en geliefden broeder, dewelke uit de uwen is; zij zullen u alles bekendmaken wat hier is.
1 Thessalonicensen 4:14Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven is en opgestaan, alzo zal ook God degenen, die ontslapen zijn in Jezus, [weder]brengen met Hem.
1 Thessalonicensen 5:24Hij, Die u roept, is getrouw, Die het ook doen zal.
2 Thessalonicensen 1:9Dewelken zullen [tot] straf lijden het eeuwig verderf, van het aangezicht des Heeren, en van de heerlijkheid Zijner sterkte,
2 Thessalonicensen 2:8En alsdan zal de ongerechtige geopenbaard worden, denwelken de Heere verdoen zal door den Geest Zijns monds, en te niet maken door de verschijning Zijner toekomst;
2 Thessalonicensen 2:11En daarom zal God hun zenden een kracht der dwaling, dat zij de leugen zouden geloven;
2 Thessalonicensen 3:3Maar de Heere is getrouw, Die u zal versterken en bewaren van den boze.
2 Thessalonicensen 3:4En wij vertrouwen van u in den Heere, dat gij, hetgeen wij u bevelen, ook doet, en doen zult.
1 Timotheus 4:16Heb acht op uzelven en op de leer; volhard daarin; want dat doende, zult gij en uzelven behouden, en die u horen.
1 Timotheus 5:18Want de Schrift zegt: Een dorsenden os zult gij niet muilbanden; en: De arbeider is zijn loon waardig.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen