H1004 בַּיִת
huis, bedehuis, vergaarbak, binnen, plaats, tempel, huishoudzaken, huishouden, familie
Hosea 9:4 | Zij zullen den HEERE geen drankofferen doen van wijn, ook zouden zij Hem niet zoet zijn, hun offeranden zouden hun zijn als treurbrood; allen, die dat zouden eten, zouden onrein worden; want hun brood zal voor hun ziel zijn, het zal in des HEEREN huis niet komen. |
Hosea 9:8 | De wachter van Efraim is met mijn God, [maar] de profeet is een vogelvangersstrik, op al zijn wegen, een haat in het huis zijns Gods. |
Hosea 9:15 | Al hun boosheid is te Gilgal, want daar heb Ik ze gehaat, om de boosheid van hun handelingen; Ik zal ze uit Mijn huis uitdrijven, Ik zal ze voortaan niet meer liefhebben; al hun vorsten zijn afvalligen. |
Hosea 11:11 | Zij zullen bevende aankomen als een vogeltje uit Egypte, en als een duif uit het land van Assur; en Ik zal hen doen wonen in hun huizen, spreekt de HEERE. |
Hosea 12:1 | Die van Efraim hebben Mij omsingeld met leugen, en het huis Israels met bedrog; maar Juda heerste nog met God, en was met de heiligen getrouw. |
Joel 1:9 | Spijsoffer en drankoffer is van het huis des HEEREN afgesneden; de priesters, des HEEREN dienaars, treuren. |
Joel 1:13 | Omgordt u, en rouwklaagt, gij priesters! huilt, gij dienaars des altaars! gaat in, vernacht in zakken, gij dienaars mijns Gods! want spijsoffer en drankoffer is geweerd van het huis uws Gods. |
Joel 1:14 | Heiligt een vasten, roept een verbodsdag uit, verzamelt de oudsten, en alle inwoners dezes lands, [ten] huize des HEEREN, uws Gods, en roept tot den HEERE. |
Joel 1:16 | Is niet de spijze voor onze ogen afgesneden? Blijdschap en verheuging van het huis onzes Gods? |
Joel 2:9 | Zij zullen in de stad omlopen, zij zullen lopen op de muren, zij zullen klimmen in de huizen; zij zullen door de vensteren inkomen als een dief. |
Joel 3:18 | En het zal te dien dage geschieden dat de bergen van zoeten wijn zullen druipen, en de heuvelen van melk vlieten, en alle stromen van Juda [vol] van water gaan; en er zal een fontein uit het huis des HEEREN uitgaan, en zal het dal van Sittim bewateren. |
Amos 1:4 | Daarom zal Ik een vuur in het huis van Hazael zenden, dat zal de paleizen van Benhadad verteren. |
Amos 1:5 | En Ik zal den grendel van Damaskus verbreken, en zal uitroeien den inwoner van Bikeat-aven, en dien, die den scepter houdt, uit Beth-eden; en het volk van Syrie zal gevankelijk weggevoerd worden naar Kir, zegt de HEERE. |
Amos 2:8 | En zij leggen zich neder bij elk altaar op de verpande klederen, en drinken den wijn der geboeten [in] het huis van hun goden. |
Amos 3:13 | Hoort en betuigt in het huis Jakobs, spreekt de Heere HEERE, de God der heirscharen; |
Amos 3:15 | En Ik zal het winterhuis met het zomerhuis slaan; en de elpenbenen huizen zullen vergaan, en de grote huizen een einde nemen, spreekt de HEERE. |
Amos 5:1 | Hoort dit woord, dat Ik over ulieden ophef, een klaaglied, o huis Israels! |
Amos 5:3 | Want zo zegt de Heere HEERE: De stad, die uitgaat [met] duizend, zal honderd overhouden, en die uitgaat [met] honderd, zal tien overhouden, in het huis Israels. |
Amos 5:4 | Want zo zegt de HEERE tot het huis Israels: Zoekt Mij, en leeft. |
Amos 5:6 | Zoekt den HEERE, en leeft; opdat Hij niet doorbreke [in] het huis van Jozef als een vuur, dat vertere, zodat er niemand zij, die het blusse in Beth-el; |