H2275 חֶבְרוֹן
Chebron, Hebron

Bijbelteksten

1 Kronieken 12:38Al deze krijgslieden, die zich in slagorde konden houden, kwamen met een volkomen hart te Hebron, om David koning te maken over gans Israel. En ook was al het overige van Israel een hart, om David tot koning te maken.
1 Kronieken 15:9Uit de kinderen van Hebron was Eliel overste, en zijn broederen waren tachtig.
1 Kronieken 23:12De kinderen van Kehath waren Amram, Jizhar, Hebron en Uzziel; vier.
1 Kronieken 23:19Aangaande de kinderen van Hebron: Jeria was het hoofd, Amarja de tweede, Jahaziel de derde, en Jekameam de vierde.
1 Kronieken 29:27De dagen nu, die hij geregeerd heeft over Israel, zijn veertig jaren; te Hebron regeerde hij zeven jaren, en te Jeruzalem regeerde hij drie en dertig.
2 Kronieken 11:10En Zora, en Ajalon, en Hebron; dewelke in Juda en in Benjamin de vaste steden waren.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs