H5324 נָצַב
stand, set up, officers, appointed, upright, set
Psalm 82:1 | Een psalm van Asaf. God staat in de vergadering Godes; Hij oordeelt in het midden der goden; |
Psalm 119:89 | Lamed. O HEERE! Uw woord bestaat in der eeuwigheid in de hemelen. |
Spreuken 8:2 | Op de spits der hoge plaatsen, aan den weg, ter plaatse, waar paden zijn, staat Zij; |
Spreuken 15:25 | Het huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar de landpale der weduwe zal Hij vastzetten. |
Jesaja 3:13 | De HEERE stelt Zich om te pleiten, en Hij staat, om de volken te richten. |
Jesaja 21:8 | En hij riep: Een leeuw, Heere! ik sta op den wachttoren geduriglijk bij dag, en op mijn hoede zet ik mij ganse nachten. |
Jeremia 5:26 | Want onder Mijn volk worden goddelozen gevonden; een ieder van hen loert, gelijk zich de vogelvangers schikken; zij zetten een verderfelijken strik, zij vangen de mensen. |
Jeremia 31:21 | Richt u merktekenen op, stel u spitse pilaren, zet uw hart op de baan, [op] den weg, [dien] gij gewandeld hebt; keer weder, o jonkvrouw Israels, keer weder tot deze uw steden! |
Klaagliederen 2:4 | [Daleth.] Hij heeft Zijn boog gespannen als een vijand; Hij heeft zich [met] Zijn rechterhand gesteld als een tegenpartijder, dat Hij doodde al de begeerlijke dingen der ogen; Hij heeft Zijn grimmigheid in de tent der dochter Sions uitgestort als een vuur. |
Klaagliederen 3:12 | [Daleth.] Hij heeft Zijn boog gespannen, en Hij heeft mij den pijl als ten doel gesteld. |
Amos 7:7 | [Nog] deed Hij mij aldus zien; en ziet, de Heere stond op een muur, die naar het paslood gemaakt was, en een paslood was in Zijn hand. |
Amos 9:1 | Ik zag den Heere staan op het altaar, en Hij zeide: Sla dien knoop, dat de posten beven, en doorkloof ze allen in het hoofd; en Ik zal hun achterste met het zwaard doden; en vliedende zal onder hen niet ontvlieden, noch de ontkomende onder hen behouden worden. |
Nahum 2:7 | En Huzab zal gevankelijk weggevoerd worden, men zal haar heten voortgaan; en haar maagden zullen haar geleiden, als [met] een stem der duiven, trommelende op haar harten. |
Zacharia 11:16 | Want ziet, Ik zal een herder verwekken in dit land; dat gereed is om afgesneden te worden, zal hij niet bezoeken; het jonge zal hij niet zoeken, en het verbrokene zal hij niet helen, en het stilstaande zal hij niet dragen; maar het vlees van het vette zal hij eten, en derzelver klauwen zal hij verscheuren. |