H5647 עָבַד
werken, dienen

Bijbelteksten

Psalm 100:2Dient den HEERE met blijdschap, komt voor Zijn aanschijn met vrolijk gezang.
Psalm 102:23Wanneer de volken samen zullen vergaderd worden, ook de koninkrijken, om den HEERE te dienen.
Psalm 106:36En zij dienden hun afgoden, en zij werden hun tot een strik.
Spreuken 12:11Die zijn land bouwt, zal van brood verzadigd worden; maar die ijdele [mensen] volgt, is verstandeloos.
Spreuken 28:19Die zijn land bouwt, zal met brood verzadigd worden; maar die ijdele [mensen] volgt, zal met armoede verzadigd worden.
Prediker 5:8Het voordeel des aardrijks is voor allen: de koning zelfs wordt van het veld gediend.
Prediker 5:11De slaap des arbeiders is zoet, hij hebbe weinig of veel gegeten; maar de zatheid des rijken laat hem niet slapen.
Jesaja 14:3En het zal geschieden ten dage, wanneer u de HEERE rust geven zal van uw smart, en van uw beroering, en van de harde dienstbaarheid, waarin men u heeft doen dienen;
Jesaja 19:9En de werkers in het fijne vlas zullen beschaamd worden, ook de wevers van de witte stof.
Jesaja 19:21En de HEERE zal den Egyptenaren bekend worden, en de Egyptenaars zullen den HEERE kennen te dien dage; en zij zullen [Hem] dienen [met] slachtoffer, en spijsoffer, en zij zullen den HEERE een gelofte beloven en betalen.
Jesaja 19:23Te dien dage zal er een gebaande weg wezen van Egypte in Assyrie, dat de Assyriers in Egypte, en de Egyptenaars in Assyrie komen zullen; en de Egyptenaars zullen met de Assyriers [den] Heere dienen.
Jesaja 28:21Want de HEERE zal Zich opmaken, gelijk op den berg Perazim, Hij zal beroerd zijn, gelijk [in] het dal van Gibeon, om Zijn werk te doen, Zijn werk zal vreemd zijn; en om Zijn daad te doen, Zijn daad zal vreemd zijn!
Jesaja 30:24En de ossen, en ezelveulens, die het land bouwen, zullen zuiver voeder eten, hetwelk verschud is met de werpschoffel en met de wan.
Jesaja 43:23Mij hebt gij niet gebracht het kleine vee uwer brandofferen, en [met] uw slachtofferen hebt gij Mij niet geeerd; Ik heb u [Mij] niet doen dienen met spijsoffer, en Ik heb u niet vermoeid met wierook.
Jesaja 43:24Mij hebt gij geen kalmus voor geld gekocht, en met het vette uwer slachtoffers hebt gij Mij niet gedrenkt; maar gij hebt Mij arbeid gemaakt, met uw zonden, gij hebt Mij vermoeid met uw ongerechtigheden.
Jesaja 60:12Want het volk en het koninkrijk, welke u niet zullen dienen, die zullen vergaan; en die volken zullen gans verwoest worden.
Jeremia 2:20Als Ik van ouds uw juk verbroken, [en] uw banden verscheurd had, zo zeidet gij: Ik zal niet dienen; maar op allen hogen heuvel en onder allen groenen boom loopt gij om, hoererende.
Jeremia 5:19En het zal geschieden, wanneer gij zult zeggen: Waarom heeft ons de HEERE, onze God, al deze dingen gedaan? dat gij tot hen zeggen zult: Gelijk als gijlieden Mij hebt verlaten, en vreemde goden in uw land gediend, alzo zult gij de uitlandse dienen, in een land, dat het uwe niet is.
Jeremia 8:2En zij zullen ze uitspreiden voor de zon, en voor de maan, en voor het ganse heir des hemels, die zij liefgehad, en die zij gediend, en die zij nagewandeld, en die zij gezocht hebben, en voor dewelke zij zich nedergebogen hebben; zij zullen niet verzameld noch begraven worden; tot mest op den aardbodem zullen zij zijn.
Jeremia 11:10Zij zijn wedergekeerd tot de ongerechtigheden hunner voorvaderen, die Mijn woorden geweigerd hebben te horen; en zij hebben andere goden nagewandeld, om die te dienen; het huis Israels en het huis van Juda hebben Mijn verbond gebroken, dat Ik met hun vaderen gemaakt heb.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs