H6944 קֹדֶשׁ
holy, most, hallowed, (holy, ...) things, sanctuary,
Psalm 15:1 | Een psalm van David. HEERE, wie zal verkeren in Uw tent? Wie zal wonen op den berg Uwer heiligheid? |
Psalm 20:3 | Hij zende uw hulp uit het heiligdom, en ondersteune u uit Sion. |
Psalm 20:7 | Alsnu weet ik, dat de HEERE Zijn gezalfde behoudt; Hij zal hem verhoren uit den hemel Zijner heiligheid; het heil Zijner rechterhand zal zijn met mogendheden. |
Psalm 24:3 | Wie zal klimmen op den berg des HEEREN, en wie zal staan in de plaats Zijner heiligheid? |
Psalm 28:2 | Hoor de stem mijner smekingen, als ik tot U roep, als ik mijn handen ophef naar de aanspraakplaats Uwer heiligheid. |
Psalm 29:2 | Geeft den HEERE de eer Zijns Naams, aanbidt den HEERE in de heerlijkheid des heiligdoms. |
Psalm 30:5 | Psalmzingt den HEERE, gij Zijn gunstgenoten! en zegt lof ter gedachtenis Zijner heiligheid. |
Psalm 33:21 | Want ons hart is in Hem verblijd, omdat wij op den Naam Zijner heiligheid vertrouwen. |
Psalm 43:3 | Zend Uw licht en Uw waarheid, dat die mij leiden; dat zij mij brengen tot den berg Uwer heiligheid, en tot Uw woningen; |
Psalm 47:9 | God regeert over de heidenen; God zit op den troon Zijner heiligheid. |
Psalm 48:2 | De HEERE is groot en zeer te prijzen, in de stad onzes Gods, [op] den berg Zijner heiligheid. |
Psalm 51:13 | Verwerp mij niet van Uw aangezicht, en neem Uw Heiligen Geest niet van mij. |
Psalm 60:8 | God heeft gesproken in Zijn heiligdom; [dies] zal ik van vreugde opspringen; ik zal Sichem delen, en het dal van Sukkoth zal ik afmeten. |
Psalm 63:3 | Voorwaar, ik heb U in het heiligdom aanschouwd, ziende Uw sterkheid en Uw eer; |
Psalm 68:6 | Hij is een Vader der wezen, en een Rechter der weduwen; God, in de woonstede Zijner heiligheid. |
Psalm 68:18 | Gods wagenen zijn tweemaal tien duizend, de duizenden verdubbeld. De Heere is onder hen, een Sinai in heiligheid! |
Psalm 68:25 | O God! zij hebben Uw gangen gezien, de gangen mijns Gods, mijns Konings, in het heiligdom. |
Psalm 74:3 | Hef Uw voeten op tot de eeuwige verwoestingen; de vijand heeft alles in het heiligdom verdorven. |
Psalm 77:14 | O God! Uw weg is in het heiligdom; wie is een groot God, gelijk God? |
Psalm 78:54 | En Hij bracht hen tot de landpale Zijner heiligheid, tot dezen berg, [dien] Zijn rechterhand verkregen heeft. |