Eeuwigheid

Bijbelteksten

Deuteronomium 13:16En al haar roof zult gij verzamelen in het midden van haar straat, en den HEERE, uw God, die stad en al haar roof ganselijk met vuur verbranden; en zij zal een hoop zijn eeuwiglijk, zij zal niet weder gebouwd worden.
Deuteronomium 15:17Zo zult gij een priem nemen, en steken in zijn oor en in de deur, en hij zal eeuwiglijk uw dienstknecht zijn; en aan uw dienstmaagd zult gij ook alzo doen.
Deuteronomium 23:3Geen Ammoniet, noch Moabiet zal in de vergadering des HEEREN komen; zelfs hun tiende geslacht zal in de vergadering des HEEREN niet komen tot in eeuwigheid.
Deuteronomium 23:6Gij zult hun vrede en hun best niet zoeken, al uw dagen in eeuwigheid.
Deuteronomium 28:46En zij zullen onder u tot een teken, en tot een wonder zijn, ja, onder uw zaad tot in eeuwigheid.
Deuteronomium 32:40Want Ik zal Mijn hand naar den hemel opheffen, en Ik zal zeggen: Ik leef in eeuwigheid!
Deuteronomium 33:27De eeuwige God zij u een woning, en van onder eeuwige armen; en Hij verdrijve den vijand voor uw aangezicht, en zegge: Verdelg!
1 Samuel 20:23En aangaande de zaak, waarvan ik en gij gesproken hebben, zie, de HEERE zij tussen mij en tussen u, tot in eeuwigheid!
2 Samuel 7:13Die zal Mijn Naam een huis bouwen; en Ik zal den stoel zijns koninkrijks bevestigen tot in eeuwigheid.
2 Samuel 7:24En Gij hebt Uw volk Israël U bevestigd, U tot een volk, tot in eeuwigheid; en Gij, HEERE, zijt hun tot een God geworden.
2 Samuel 7:25Nu dan, HEERE God, doe dit woord, dat Gij over Uw knecht en over zijn huis gesproken hebt, bestaan tot in eeuwigheid, en doe, gelijk als Gij gesproken hebt.
1 Koningen 1:31Toen neigde zich Bathseba met het aangezicht ter aarde, en boog zich neder voor den koning, en zeide: Mijn heer de koning David leve in eeuwigheid!
1 Koningen 8:13Ik heb immers een huis gebouwd, U ter woonstede, een vaste plaats tot Uw eeuwige woning.
1 Koningen 10:9Geloofd zij de HEERE, uw God, Die behagen in u heeft gehad, om u op den troon van Israel te zetten! Omdat de HEERE Israel in eeuwigheid bemint, daarom heeft Hij u tot koning gesteld, om recht en gerechtigheid te doen.
1 Kronieken 16:15Gedenkt tot in der eeuwigheid Zijns verbonds, des woords, [dat] Hij ingesteld heeft tot in het duizendste geslacht;
1 Kronieken 16:34Looft den HEERE, want Hij is goed, want Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid.
1 Kronieken 16:36Geloofd zij de HEERE, de God Israels, van eeuwigheid tot eeuwigheid! En al het volk zeide: Amen! en het loofde den HEERE.
1 Kronieken 16:41En met hen Heman en Jeduthun, en de overige uitgelezenen, die met namen uitgedrukt zijn om den HEERE te loven; want Zijn goedertierenheid is tot in der eeuwigheid.
1 Kronieken 17:12Die zal Mij een huis bouwen, en Ik zal zijn stoel bevestigen tot in der eeuwigheid.
1 Kronieken 17:14Maar Ik zal hem in Mijn huis bestendig maken, en in Mijn Koninkrijk tot in eeuwigheid; en zijn stoel zal vast zijn tot in eeuwigheid.

Hadderech