Lukas 22:46 | En Hij zeide tot hen: Wat slaapt gij? Staat op en bidt, opdat gij niet in verzoeking komt. |
Johannes 6:6 | (Doch dit zeide Hij, hem beproevende; want Hij wist Zelf, wat Hij doen zou.) |
Handelingen 20:19 | Dienende den Heere met alle ootmoedigheid, en vele tranen, en verzoekingen, die mij overkomen zijn door de lagen der Joden; |
Romeinen 12:2 | En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij. |
1 Corinthiers 3:13 | Eens iegelijks werk zal openbaar worden; want de dag zal het verklaren, dewijl het door vuur ontdekt wordt; en hoedanig eens iegelijks werk is, zal het vuur beproeven. |
1 Corinthiers 10:13 | Ulieden heeft geen verzoeking bevangen dan menselijke; doch God is getrouw, Die u niet zal laten verzocht worden boven hetgeen gij vermoogt; maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven, opdat gij ze kunt verdragen. |
2 Corinthiers 2:9 | Want daartoe heb ik ook geschreven, opdat ik uw beproeving mocht verstaan, of gij in alles gehoorzaam zijt. |
2 Corinthiers 8:2 | Dat in vele beproeving der verdrukking de overvloed hunner blijdschap, en hun zeer diepe armoede overvloedig geweest is tot den rijkdom hunner goeddadigheid. |
2 Corinthiers 8:8 | Ik zeg [dit] niet [als] gebiedende, maar [als] door de naarstigheid van anderen ook de oprechtheid uwer liefde beproevende. |
2 Corinthiers 9:13 | Dewijl zij door de beproeving dezer bediening God verheerlijken over de onderwerping uwer belijdenis onder het Evangelie van Christus, en [over] de goeddadigheid der mededeling aan hen en aan allen; |
Galaten 4:14 | En mijn verzoeking, die in mijn vlees [geschiedde], hebt gij niet veracht noch verfoeid; maar gij naamt mij aan als een engel Gods, [ja,] als Christus Jezus. |
Efeziers 5:10 | Beproevende wat den Heere welbehagelijk zij. |
Filippenzen 2:22 | En gij weet zijn beproeving, dat hij, als een kind [zijn] vader, met mij gediend heeft in het Evangelie. |
1 Timotheus 6:9 | Doch die rijk willen worden, vallen in verzoeking, en [in] den strik, en [in] vele dwaze en schadelijke begeerlijkheden, welke de mensen doen verzinken in verderf en ondergang. |
Hebreeen 2:18 | Want in hetgeen Hij Zelf, verzocht zijnde, geleden heeft, kan Hij dengenen, die verzocht worden, te hulp komen. |
Hebreeen 3:8 | Zo verhardt uw harten niet, gelijk [het geschied is] in de verbittering, ten dage der verzoeking, in de woestijn; |
Jakobus 1:2 | Acht het voor grote vreugde, mijn broeders, wanneer gij in velerlei verzoekingen valt; |
Jakobus 1:3 | Wetende, dat de beproeving uws geloofs lijdzaamheid werkt. |
Jakobus 1:12 | Zalig is de man, die verzoeking verdraagt; want als hij beproefd zal geweest zijn, zal hij de kroon des levens ontvangen, welke de Heere beloofd heeft dengenen, die Hem liefhebben. |
Jakobus 1:13 | Niemand, als hij verzocht wordt, zegge: Ik word van God verzocht; want God kan niet verzocht worden met het kwade, en Hij Zelf verzoekt niemand. |