Vrienden

Bijbelteksten

Job 6:27Ook werpt gij u op een wees; en gij graaft tegen uw vriend.
Job 12:4Ik ben het, [die] zijn vriend een spot is, [maar] roepende tot God, Die hem verhoort; de rechtvaardige [en] oprechte is een spot.
Job 16:20Mijn vrienden zijn mijn bespotters; [doch] mijn oog druipt tot God.
Job 16:21Och, mocht men rechten voor een man met God, gelijk een kind des mensen voor zijn vriend.
Job 17:5Die met vleiing den vrienden [wat] aanzegt, ook zijner kinderen ogen zullen versmachten.
Job 19:21Ontfermt u mijner, ontfermt u mijner, o gij, mijn vrienden! want de hand Gods heeft mij aangeraakt.
Job 32:3Zijn toorn ontstak ook tegen zijn drie vrienden, omdat zij, geen antwoord vindende, nochtans Job verdoemden.
Job 35:4Ik zal u antwoord geven, en uw vrienden met u.
Job 42:7Het geschiedde nu, nadat de HEERE die woorden tot Job gesproken had, dat de HEERE tot Elifaz, den Themaniet, zeide: Mijn toorn is ontstoken tegen u, en tegen uw twee vrienden, want gijlieden hebt niet recht van Mij gesproken, gelijk Mijn knecht Job.
Job 42:10En de HEERE wendde de gevangenis van Job, toen hij gebeden had voor zijn vrienden; en de HEERE vermeerderde al hetgeen Job gehad had tot dubbel zoveel.
Psalm 35:14Ik ging steeds, alsof het een vriend, alsof het mij een broeder geweest ware; ik ging gebukt in het zwart, als een, die over [zijn] moeder treurt.
Psalm 38:12Mijn liefhebbers en mijn vrienden staan van tegenover mijn plage, en mijn nabestaanden staan van verre.
Psalm 88:19Gij hebt vriend en metgezel verre van mij gedaan; mijn bekenden zijn [in] duisternis.
Psalm 122:8Om mijner broederen en mijner vrienden wil, zal ik nu spreken, vrede zij in u!
Spreuken 13:20Die met de wijzen omgaat, zal wijs worden; maar die der zotten metgezel is, zal verbroken worden.
Spreuken 14:20De arme wordt zelfs van zijn vriend gehaat; maar de liefhebbers des rijken zijn vele.
Spreuken 16:28Een verkeerd man zal krakeel inwerpen; en een oorblazer scheidt den voornaamsten vriend.
Spreuken 17:9Die de overtreding toedekt, zoekt liefde; maar die de zaak weder ophaalt, scheidt den voornaamsten vriend.
Spreuken 17:17Een vriend heeft te aller tijd lief; en een broeder wordt in de benauwdheid geboren.
Spreuken 18:24Een man, die vrienden heeft, heeft zich vriendelijk te houden; want er is een liefhebber, die meer aankleeft dan een broeder.

Livius Onderwijs