SV | Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang, dat er buiten Mij niets is, Ik ben de HEERE, en niemand meer. |
WLC | לְמַ֣עַן יֵדְע֗וּ מִמִּזְרַח־שֶׁ֙מֶשׁ֙ וּמִמַּ֣עֲרָבָ֔ה כִּי־אֶ֖פֶס בִּלְעָדָ֑י אֲנִ֥י יְהוָ֖ה וְאֵ֥ין עֹֽוד׃ |
Trans. | ləma‘an yēḏə‘û mimmizəraḥ-šemeš ûmimma‘ărāḇâ kî-’efes bilə‘āḏāy ’ănî JHWH wə’ên ‘wōḏ: |
Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang, dat er buiten Mij niets is, Ik ben de HEERE, en niemand meer.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang, dat er buiten Mij niets is, Ik ben de HEERE, en niemand meer.
____ ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!