Aantekeningen bij de Bijbel
Vragen, overdenkingen en achtergronden over de Bijbel,
welke resulteren in allerlei aantekeningen.
SV | Jezus zeide tot haar: Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader; maar ga heen tot Mijn broeders, en zeg hun: Ik vare op tot Mijn Vader en uw Vader, en [tot] Mijn God en uw God. |
Steph | λεγει αυτη ο ιησους μη μου απτου ουπω γαρ αναβεβηκα προς τον πατερα μου πορευου δε προς τους αδελφους μου και ειπε αυτοις αναβαινω προς τον πατερα μου και πατερα υμων και θεον μου και θεον υμων
|
Trans. | legei autē o iēsous mē mou aptou oupō gar anabebēka pros ton patera mou poreuou de pros tous adelphous mou kai eipe autois anabainō pros ton patera mou kai patera ymōn kai theon mou kai theon ymōn |
Algemeen
Zie ook: Jezus Christus
Psalm 22:23, Mattheus 28:9, Mattheus 28:10, Johannes 16:28, Hebreeen 2:11
Aantekeningen
Jezus zeide tot haar: Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader; maar ga heen tot Mijn broeders, en zeg hun: Ik vare op tot Mijn Vader en uw Vader, en [tot] Mijn God en uw God.
- Raak Mij niet aan, In de paralleltekst Mattheus 28:9 lezen we dat Maria zijn voeten greep. De mogelijke redenen om Hem niet aan te raken zijn 1) Het houdt verband met de tweede uitspraak van Jezus wat erop volgt, in plaats van met wat eraan voorafgaat. Aangezien Jezus nog niet was opgevaren naar Zijn Vader (Gr. αναβεβηκα, volmaakte tijd), moest Maria naar de discipelen gaan en hun vertellen dat Hij nog niet was opgestegen (Gr. αναβαινω, tegenwoordige tijd). Volgens deze opvatting slaat het aanvankelijke verbod om Jezus aan te raken op zichzelf. Het zwakke van deze visie is dat er geen ander voorbeeld van dit anticiperende gebruik van "voor" (Gr. Gar, vertaald met "sinds") is in het Nieuwe Testament. Naast dat het geen enkele reden uitlegt voor het verbod van Jezus. 2) Maria moest Hem loslaten omdat ze een boodschap moest overbrengen. Echter dan is het onlogisch om het woord "want" (Gr. γαρ) te gebruiken. 3) Het is ongepast voor Maria om Jezus vast te houden, aangezien Hij nog niet was opgevaren naar de Vader, maar het is gepast voor Thomas om Jezus aan te raken (vs. 27). Daarom moet Jezus zijn opgevaren naar de Vader en teruggekeerd tussen Zijn verschijningen aan Maria en Thomas. Echter hier is geen Bijbelse onderbouwing voor. 4) Maria hield Hem vast om niet meer los te laten (cf. Mat. 28:9) en zei daarom het.
- Nb. Maria mocht Jezus niet aanraken, terwijl we iets verderop lezen dat Thomas het juist moet doen.
- tot Mijn Vader en uw Vader, Nb. let op dat Jezus God zowel Zijn vader als die van Maria noemt.
Vertaalnotities
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
Jezus zeide tot haar: Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader; maar ga heen tot Mijn broeders, en zeg hun: Ik vare op tot Mijn Vader en uw Vader, en [tot] Mijn God en uw God.
____
- "Mijn" komt niet voor in alle handschriften (derhalve ook niet in de NBG51, NBV en WV96)
- Lacune in minuscule 50, A232 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 140): Mat. 1:1-9:35; 12:3-23; 17:12-24; 25:20-32; Joh. 5:18-21:25.
- Lacune in minuscule 130, ε 596 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 156): Joh. 19:12-einde;
- Lacune in minuscule 161, ε 1005 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 160): Joh. 16:4-21:25;
- Lacune in minuscule 174, ε 109 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 162): Mat. 1:1-21; Joh. 1:1-27; 8:47-21:25;
- Lacune in minuscule 176, ε 301 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 163): Mat. 1:1-10:13; Joh. 2:1-21:25;
- Lacune in minuscule 189, α 269 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 164): Joh. 19:38-21:25;
- Lacune in minuscule 222, A404 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 169): Mat. 1:1-6:19; Joh. 14:2-16:4; 16:7-21:25;
- Lacune in minuscule 236, ε 358 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 170): Joh. 9:29-21:25;
- Lacune in minuscule 261, ε 282 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 173): Mat. 10:21-11:1; 14:25-19:21; Luk. 24:39-53; Joh. 20:15-21:19;
- Lacune in minuscule 292, ε 378 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 176): Mat. 1:1-7:13; Joh. 19:5-21:25;
- Lacune in minuscule 370, Θε41 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 183): Mat. 1:1-17; Joh. 16:29-21:25;
- Lacune in minuscule 372, ε 600 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 183-184): Joh. 3:1-21:25;
- Lacune in minuscule 406, ε 130 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 187): Mark. 4:41-5:14; Luk. 3:16-4:4; Joh. 20:3-21:25;
- Lacune in minuscule 416, ε 422 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 187-188): Mat. 1:1-25:36; 26:17-27:17; 27:35-Mark. 2:25; Joh. 18:8-21:25;
- Lacune in minuscule 435, ε 1031 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 190): Mat. 1:20-2:13; 22:4-19; Joh. 10:14-21:25;
- Lacune in minuscule 474, α 137 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 193): Mat. 1:1-13:53; 16:28-17:18; 24:39-25:9; 26:71-27:14; Mark. 8:32-9:9; Joh. 11:8-30; 13:8-21:25;
Koop nu
Commentaar
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!