SV | Aan welken [wagen] de zwarte paarden zijn, [die paarden] gaan uit naar het Noorderland; en de witte gaan uit, dezelve achterna; en de hagelvlekkige gaan uit naar het Zuiderland. |
WLC | אֲשֶׁר־בָּ֞הּ הַסּוּסִ֣ים הַשְּׁחֹרִ֗ים יֹֽצְאִים֙ אֶל־אֶ֣רֶץ צָפֹ֔ון וְהַלְּבָנִ֔ים יָצְא֖וּ אֶל־אַֽחֲרֵיהֶ֑ם וְהַ֨בְּרֻדִּ֔ים יָצְא֖וּ אֶל־אֶ֥רֶץ הַתֵּימָֽן׃ |
Trans. | ’ăšer-bāh hassûsîm haššəḥōrîm yōṣə’îm ’el-’ereṣ ṣāfwōn wəhalləḇānîm yāṣə’û ’el-’aḥărêhem wəhabərudîm yāṣə’û ’el-’ereṣ hatêmān: |
Aan welken [wagen] de zwarte paarden zijn, [die paarden] gaan uit naar het Noorderland; en de witte gaan uit, dezelve achterna; en de hagelvlekkige gaan uit naar het Zuiderland.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Aan welken [wagen] de zwarte paarden zijn, [die paarden] gaan uit naar het Noorderland; en de witte gaan uit, dezelve achterna; en de hagelvlekkige gaan uit naar het Zuiderland.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!