G444 ἄνθρωπος
menselijk wezen, homo sapiens

Bijbelteksten

Mattheus 21:33Hoort een andere gelijkenis. Er was een heer des huizes, die een wijngaard plantte, en zette een tuin daarom, en groef een wijnpersbak daarin, en bouwde een toren, en verhuurde dien den landlieden, en reisde buiten ['s lands].
Mattheus 22:2Het Koninkrijk der hemelen is gelijk een zeker koning, die zijn zoon een bruiloft bereid had;
Mattheus 22:11En als de koning ingegaan was, om de aanzittende [gasten] te overzien, zag hij aldaar een mens, niet gekleed [zijnde] met een bruiloftskleed;
Mattheus 22:16En zij zonden uit tot Hem hun discipelen, met de Herodianen, zeggende: Meester! wij weten, dat Gij waarachtig zijt, en den weg Gods in der waarheid leert, en naar niemand vraagt; want Gij ziet den persoon der mensen niet aan;
Mattheus 23:4Want zij binden lasten, die zwaar zijn en kwalijk om te dragen, en leggen ze op de schouderen der mensen; maar zij willen die met hun vinger niet verroeren.
Mattheus 23:5En al hun werken doen zij, om van de mensen gezien te worden; want zij maken hun gedenkcedels breed, en maken de zomen van hun klederen groot.
Mattheus 23:7Ook de begroetingen op de markten, en van de mensen genaamd te worden: Rabbi, Rabbi!
Mattheus 23:14Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeen, gij geveinsden, want gij eet de huizen der weduwen op, en [dat] onder den schijn van lang te bidden; daarom zult gij te zwaarder oordeel ontvangen.
Mattheus 23:28Alzo ook schijnt gij wel den mensen van buiten rechtvaardig, maar van binnen zijt gij vol geveinsdheid en ongerechtigheid.
Mattheus 24:27Want gelijk de bliksem uitgaat van het oosten, en schijnt tot het westen, alzo zal ook de toekomst van den Zoon des mensen wezen.
Mattheus 24:30En alsdan zal in den hemel verschijnen het teken van den Zoon des mensen; en dan zullen al de geslachten der aarde wenen, en zullen den Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels, met grote kracht en heerlijkheid.
Mattheus 24:37En gelijk de dagen van Noach [waren], alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des mensen.
Mattheus 24:39En bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van de Zoon des mensen.
Mattheus 24:44Daarom, zijt ook gij bereid; want in welke ure gij het niet meent, zal de Zoon des mensen komen.
Mattheus 25:13Zo waakt dan; want gij weet den dag niet, noch de ure, in welke de Zoon des mensen komen zal.
Mattheus 25:14Want [het is] gelijk een mens, die buiten 's lands reizende, zijn dienstknechten riep, en gaf hun zijn goederen over.
Mattheus 25:24Maar die het ene talent ontvangen had, kwam ook en zeide: Heere! ik kende u, dat gij een hard mens zijt, maaiende, waar gij niet gezaaid hebt, en vergaderende van daar, [waar] gij niet gestrooid hebt.
Mattheus 25:31En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid.
Mattheus 26:2Gij weet, dat na twee dagen het pascha is, en de Zoon des mensen zal overgeleverd worden, om gekruisigd te worden.
Mattheus 26:24De Zoon des mensen gaat wel heen, gelijk van Hem geschreven is; maar wee dien mens, door welken de Zoon des mensen verraden wordt! het ware hem goed, zo die mens niet geboren ware geweest.

Mede mogelijk dankzij