G2064 ἔρχομαι
komen

Bijbelteksten

Lukas 21:8En Hij zeide: Ziet, dat gij niet verleid wordt; want velen zullen er komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben [de Christus]; en de tijd is nabij gekomen, gaat dan hen niet na.
Lukas 21:27En alsdan zullen zij den Zoon des mensen zien komen in een wolk, met grote kracht en heerlijkheid.
Lukas 22:7En de dag der ongehevelde [broden] kwam, op denwelken het pascha moest geslacht worden.
Lukas 22:18Want Ik zeg u, dat Ik niet drinken zal van de vrucht des wijnstoks, totdat het Koninkrijk Gods zal gekomen zijn.
Lukas 22:45En als Hij van het gebed opgestaan was, kwam Hij tot Zijn discipelen, en vond hen slapende van droefheid.
Lukas 23:26En als zij Hem wegleidden, namen zij een Simon van Cyrene, komende van den akker, en legden hem het kruis op, dat hij het achter Jezus droeg.
Lukas 23:29Want ziet, er komen dagen, in welke men zeggen zal: Zalig [zijn] de onvruchtbaren, en de buiken, die niet gebaard hebben, en de borsten, die niet gezoogd hebben.
Lukas 23:42En hij zeide tot Jezus: Heere, gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult gekomen zijn.
Lukas 24:1En op den eersten [dag] der week, zeer vroeg in den morgenstond, gingen zij naar het graf, dragende de specerijen, die zij bereid hadden, en sommigen met haar.
Lukas 24:23En Zijn lichaam niet vindende, kwamen zij en zeiden, dat zij ook een gezicht van engelen gezien hadden, die zeggen, dat Hij leeft.
Johannes 1:7Deze kwam tot een getuigenis, om van het Licht te getuigen, opdat zij allen door hem geloven zouden.
Johannes 1:9[Dit] was het waarachtige Licht, Hetwelk verlicht een iegelijk mens, komende in de wereld.
Johannes 1:11Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen.
Johannes 1:15Johannes getuigt van Hem, en heeft geroepen, zeggende: Deze was het, van Welken ik zeide: Die na mij komt, is voor mij geworden, want Hij was eer dan ik.
Johannes 1:27Dezelve is het, Die na mij komt, Welke voor mij geworden is, Wien ik niet waardig ben, dat ik Zijn schoenriem zou ontbinden.
Johannes 1:29Des anderen daags zag Johannes Jezus tot zich komende, en zeide: Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt!
Johannes 1:30Deze is het, van Welken ik gezegd heb: Na mij komt een Man, Die voor mij geworden is, want Hij was eer dan ik.
Johannes 1:31En ik kende Hem niet; maar opdat Hij aan Israel zou geopenbaard worden, daarom ben ik gekomen, dopende met het water.
Johannes 1:39Wat zoekt gij? En zij zeiden tot Hem: Rabbi (hetwelk is te zeggen, overgezet zijnde, Meester) waar woont Gij?
Johannes 1:46Filippus vond Nathanael en zeide tot hem: Wij hebben [Dien] gevonden, van Welken Mozes in de wet geschreven heeft, en de profeten, [namelijk] Jezus, den zoon van Jozef, van Nazareth.

Mede mogelijk dankzij

StudieboekenStudieboeken