G2257 ἡμῶν
onze, wij, ons

Bijbelteksten

1 Thessalonicensen 5:25Broeders, bidt voor ons.
1 Thessalonicensen 5:28De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met ulieden. Amen.
2 Thessalonicensen 1:1Paulus, en Silvanus, en Timotheus, aan de Gemeente der Thessalonicensen, [welke is] in God, onzen Vader, en den Heere Jezus Christus:
2 Thessalonicensen 1:2Genade zij u, en vrede, van God, onzen Vader, en den Heere Jezus Christus.
2 Thessalonicensen 1:7En u, die verdrukt wordt, verkwikking met ons, in de openbaring van den Heere Jezus van den hemel met de engelen Zijner kracht;
2 Thessalonicensen 1:8Met vlammend vuur wraak doende over degenen, die God niet kennen, en over degenen, die het Evangelie van onzen Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn.
2 Thessalonicensen 1:10Wanneer Hij zal gekomen zijn, om verheerlijkt te worden in Zijn heiligen, en wonderbaar te worden in allen, die geloven (overmits onze getuigenis onder u is geloofd geworden) in dien dag.
2 Thessalonicensen 1:11Waarom wij ook altijd bidden voor u, dat onze God u waardig achte der roeping, en vervulle al het welbehagen [Zijner] goedigheid, en het werk des geloofs met kracht.
2 Thessalonicensen 1:12Opdat de Naam van onzen Heere Jezus Christus verheerlijkt worde in u, en gij in Hem, naar de genade van onzen God en den Heere Jezus Christus.
2 Thessalonicensen 2:1En wij bidden u, broeders, door de toekomst van onzen Heere Jezus Christus, en onze toevergadering tot Hem,
2 Thessalonicensen 2:2Dat gij niet haastelijk bewogen wordt van verstand, of verschrikt, noch door geest, noch door woord, noch door zendbrief, als van ons [geschreven], alsof de dag van Christus aanstaande ware.
2 Thessalonicensen 2:14Waartoe Hij u geroepen heeft door ons Evangelie, tot verkrijging der heerlijkheid van onzen Heere Jezus Christus.
2 Thessalonicensen 2:15Zo dan, broeders, staat [vast] en houdt de inzettingen, die u geleerd zijn, hetzij door [ons] woord, hetzij door onzen zendbrief.
2 Thessalonicensen 2:16En onze Heere Jezus Christus Zelf, en onze God en Vader, Die ons heeft liefgehad, en gegeven heeft een eeuwige vertroosting en goede hoop in genade,
2 Thessalonicensen 3:1Voorts, broeders, bidt voor ons, opdat het Woord des Heeren [zijn] loop hebbe, en verheerlijkt worde, gelijk ook bij u;
2 Thessalonicensen 3:6En wij bevelen u, broeders, in den Naam van onzen Heere Jezus Christus, dat gij u onttrekt van een iegelijk broeder, die ongeregeld wandelt, en niet naar de inzetting, die hij van ons ontvangen heeft.
2 Thessalonicensen 3:12Doch de zodanigen bevelen en vermanen wij door onzen Heere Jezus Christus, dat zij met stilheid werkende, hun eigen brood eten.
2 Thessalonicensen 3:14Maar indien iemand ons woord, door deze brief [geschreven], niet gehoorzaam is, tekent dien; en vermengt u niet met hem, opdat hij beschaamd worde;
2 Thessalonicensen 3:18De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen.
1 Timotheus 1:1Paulus, een apostel van Jezus Christus, naar het bevel van God, onzen Zaligmaker, en den Heere Jezus Christus, [Die] onze Hope [is],

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs