Handelingen 15:4 | En te Jeruzalem gekomen zijnde, werden zij ontvangen van de Gemeente, en de apostelen, en de ouderlingen; en zij verkondigden, wat grote dingen God met hen gedaan had. |
Handelingen 15:7 | En als [daarover] grote twisting geschiedde, stond Petrus op en zeide tot hen: Mannen broeders, gij weet, dat God van over langen tijd onder ons [mij] verkoren heeft, dat de heidenen door mijn mond het woord des Evangelies zouden horen, en geloven. |
Handelingen 15:25 | Zo heeft het ons eendrachtelijk te zamen zijnde, goed gedacht, [enige] mannen te verkiezen, en tot u te zenden, met onze geliefden, Barnabas en Paulus. |
Handelingen 16:19 | Als nu de heren van dezelve zagen, dat de hoop huns gewins weg was, grepen zij Paulus en Silas, en trokken hen naar de markt voor de oversten. |
Handelingen 16:27 | En de stokbewaarder, wakker geworden zijnde, en ziende de deuren der gevangenis geopend, trok een zwaard, en zou zichzelven omgebracht hebben, menende, dat de gevangenen ontvloden waren. |
Handelingen 16:29 | En als hij licht geeist had, sprong hij in, en werd zeer bevende, en viel voor Paulus en Silas neder [aan de voeten]; |
Handelingen 16:35 | En als het dag geworden was, zonden de hoofdmannen de stadsdienaars, zeggende: Laat die mensen los. |
Handelingen 17:10 | En de broeders zonden terstond des nachts Paulus en Silas weg naar Berea; welke, daar gekomen zijnde, gingen heen naar de synagoge der Joden; |
Handelingen 17:19 | En zij namen hem, en brachten [hem] op de [plaats, genaamd] Areopagus, zeggende: Kunnen wij [niet] weten, welke deze nieuwe leer zij, daar gij van spreekt? |
Handelingen 18:17 | Maar al de Grieken namen Sosthenes, den overste der synagoge, en sloegen [hem] voor den rechterstoel; en Gallio trok zich geen van deze dingen aan. |
Handelingen 18:27 | En als hij wilde naar Achaje reizen, de broeders, [hem] vermaand hebbende, schreven aan de discipelen, dat zij hem ontvangen zouden; welke, daar gekomen zijnde, heeft veel toegebracht aan degenen, die geloofden door de genade. |
Handelingen 19:28 | Als zij nu [dit] hoorden, werden zij vol van toornigheid, en riepen, zeggende: Groot is de Diana de Efezeren! |
Handelingen 20:3 | En als hij [aldaar] drie maanden overgebracht had, en hem van de Joden lagen gelegd werden, als hij naar Syrie zoude varen, zo werd hij van zin weder te keren door Macedonie. |
Handelingen 21:17 | En als wij te Jeruzalem gekomen waren, ontvingen ons de broeders blijdelijk. |
Handelingen 21:30 | En de gehele stad kwam in roer en het volk liep samen; en zij grepen Paulus, en trokken hem buiten den tempel; en terstond werden de deuren gesloten. |
Handelingen 21:40 | En als hij het toegelaten had, Paulus, staande op de trappen, wenkte met de hand tot het volk; en als er grote stilte geworden was, sprak hij hen aan in de Hebreeuwse taal, zeggende: |
Handelingen 23:10 | En als er grote tweedracht ontstaan was, de overste, vrezende, dat Paulus van hen verscheurd mocht worden, gebood, dat het krijgsvolk zou afkomen, en hem uit het midden van hen wegrukken, en in de legerplaats brengen. |
Handelingen 23:12 | En als het dag geworden was, maakten sommigen van de Joden een samenrotting, en vervloekten zichzelven, zeggende, dat zij noch eten noch drinken zouden, totdat zij Paulus zouden gedood hebben. |
Handelingen 23:16 | En als de zoon van Paulus' zuster deze lage gehoord had, kwam hij daar, en ging in de legerplaats, en boodschapte het Paulus. |
Handelingen 23:19 | De overste nu nam hem bij de hand, en bezijden gegaan zijnde, vraagde hij: Wat is het dat gij mij hebt te boodschappen? |