G5713

Bijbelteksten

Lukas 24:13En zie, twee van hen gingen op denzelfden dag naar een vlek, dat zestig stadien van Jeruzalem was, welks naam was Emmaus;
Lukas 24:32En zij zeiden tot elkander: Was ons hart niet brandende in ons, als Hij tot ons sprak op den weg, en als Hij ons de Schriften opende?
Lukas 24:53En zij waren allen tijd in den tempel, lovende en dankende God. Amen.
Johannes 1:1In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God.
Johannes 1:2Dit was in den beginne bij God.
Johannes 1:4In Hetzelve was het Leven, en het Leven was het Licht der mensen.
Johannes 1:8Hij was het Licht niet, maar [was gezonden], opdat hij van het Licht getuigen zou.
Johannes 1:9[Dit] was het waarachtige Licht, Hetwelk verlicht een iegelijk mens, komende in de wereld.
Johannes 1:10Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt; en de wereld heeft Hem niet gekend.
Johannes 1:15Johannes getuigt van Hem, en heeft geroepen, zeggende: Deze was het, van Welken ik zeide: Die na mij komt, is voor mij geworden, want Hij was eer dan ik.
Johannes 1:23Hij zeide: Ik ben de stem des roependen in de woestijn: Maakt den weg des Heeren recht, gelijk Jesaja, de profeet, gesproken heeft.
Johannes 1:24En de afgezondenen waren uit de Farizeen;
Johannes 1:28Deze dingen zijn geschied in Bethabara, over de Jordaan, waar Johannes was dopende.
Johannes 1:30Deze is het, van Welken ik gezegd heb: Na mij komt een Man, Die voor mij geworden is, want Hij was eer dan ik.
Johannes 1:39Wat zoekt gij? En zij zeiden tot Hem: Rabbi (hetwelk is te zeggen, overgezet zijnde, Meester) waar woont Gij?
Johannes 1:40Hij zeide tot hen: Komt en ziet! Zij kwamen en zagen, waar Hij woonde, en bleven dien dag bij Hem. En het was omtrent de tiende ure.
Johannes 1:44Des anderen daags wilde Jezus heengaan naar Galilea, en vond Filippus, en zeide tot hem: Volg Mij.
Johannes 2:1En op den derden dag was er een bruiloft te Kana in Galilea; en de moeder van Jezus was aldaar.
Johannes 2:6En aldaar waren zes stenen watervaten gesteld, naar de reiniging der Joden, elk houdende twee of drie metreten.
Johannes 2:13En het pascha der Joden was nabij, en Jezus ging op naar Jeruzalem.

Mede mogelijk dankzij