Efeziers 2:21 | Op Welken het gehele gebouw, bekwamelijk samengevoegd zijnde, opwast tot een heiligen tempel in den Heere; |
Efeziers 4:14 | Opdat wij niet meer kinderen zouden zijn, die als de vloed bewogen en omgevoerd worden met allen wind der leer, door de bedriegerij der mensen, door arglistigheid, om listiglijk tot dwaling te brengen; |
Efeziers 4:16 | Uit Welken het gehele lichaam bekwamelijk samengevoegd en samen vastgemaakt zijnde, door alle voegselen der toebrenging, naar de werking van een iegelijk deel in [zijn] maat, den wasdom des lichaams bekomt, tot zijns zelfs opbouwing in de liefde. |
Efeziers 4:22 | [Te weten] dat gij zoudt afleggen, aangaande de vorige wandeling, den ouden mens, die verdorven wordt door de begeerlijkheden der verleiding; |
Efeziers 5:13 | Maar al deze dingen, van het licht bestraft zijnde, worden openbaar; want al wat openbaar maakt, is licht. |
Efeziers 5:21 | Elkander onderdanig zijnde in de vreze Gods. |
Filippenzen 1:28 | En dat gij in geen ding verschrikt wordt van degenen, die tegenstaan; hetwelk hun wel een bewijs is des verderfs, maar u der zaligheid, en dat van God. |
Filippenzen 3:10 | Opdat ik Hem kenne, en de kracht Zijner opstanding, en de gemeenschap Zijns lijdens, Zijn dood gelijkvormig wordende; |
Colossenzen 1:6 | Hetwelk tot u gekomen is, gelijk ook in de gehele wereld, en het brengt vruchten voort, gelijk ook onder u, van dien dag af dat gij gehoord hebt, en de genade Gods in waarheid bekend hebt. |
Colossenzen 1:10 | Opdat gij moogt wandelen waardiglijk den Heere, tot alle behagelijkheid, in alle goede werken vrucht dragende, en wassende in de kennis van God; |
Colossenzen 1:11 | Met alle kracht bekrachtigd zijnde, naar de sterkte Zijner heerlijkheid, tot alle lijdzaamheid en lankmoedigheid, met blijdschap; |
Colossenzen 1:23 | Indien gij maar blijft in het geloof, gefondeerd en vast, en niet bewogen wordt van de hope des Evangelies, dat gij gehoord hebt, hetwelk gepredikt is onder al de kreature die onder den hemel is; van hetwelk ik Paulus een dienaar geworden ben; |
Colossenzen 2:7 | Geworteld en opgebouwd in Hem, en bevestigd in het geloof, gelijkerwijs gij geleerd zijt, overvloedig zijnde in hetzelve, met dankzegging. |
Colossenzen 2:18 | Dat [dan] niemand u overheerse naar zijn wil in nederigheid en dienst der engelen, intredende in hetgeen hij niet gezien heeft, tevergeefs opgeblazen zijnde door het verstand zijns vleses; |
Colossenzen 2:19 | En het Hoofd niet behoudende, uit hetwelk het gehele lichaam, door de samenvoegselen en samenbindingen voorzien en samengevoegd zijnde, opwast met goddelijken wasdom. |
Colossenzen 3:10 | En aangedaan hebt den nieuwen [mens], die vernieuwd wordt tot kennis, naar het evenbeeld Desgenen, Die hem geschapen heeft; |
Colossenzen 4:11 | En Jezus, gezegd Justus, welke uit de besnijdenis zijn; deze alleen zijn [mijn] medearbeiders in het Koninkrijk Gods, die mij een vertroosting geweest zijn. |
1 Thessalonicensen 5:7 | Want die slapen, slapen des nachts, en die dronken zijn, zijn des nachts dronken. |
2 Thessalonicensen 1:7 | En u, die verdrukt wordt, verkwikking met ons, in de openbaring van den Heere Jezus van den hemel met de engelen Zijner kracht; |
2 Thessalonicensen 2:4 | Die zich tegenstelt, en verheft boven al wat God genaamd, of [als] God geeerd wordt, alzo dat hij in den tempel Gods als een God zal zitten, zichzelven vertonende, dat hij God is. |