H1368 גִּבּוֹר
geweldig, sterk, strijdbaar, held, geweldigen, krijgsheld, machtig, machtig

Bijbelteksten

2 Kronieken 28:7En Zichri, een geweldig man van Efraim, sloeg Maaseja, den zoon des konings, dood, en Azrikam, den huisoverste, mitsgaders Elkana, den tweede na den koning.
2 Kronieken 32:3Zo hield hij raad met zijn vorsten en zijn helden, om de fonteinwateren te stoppen, die buiten de stad waren; en zij hielpen hem.
2 Kronieken 32:21En de HEERE zond een engel, die alle strijdbare helden, en vorsten, en oversten in het leger des konings van Assyrie verdelgde. Zo is hij met schaamte des aangezichts in zijn land wedergekeerd; en als hij in het huis zijns gods ingegaan was, zo velden hem daar met het zwaard, die uit zijn lijf voortgekomen waren.
Ezra 7:28En heeft tot mij weldadigheid geneigd, voor het aangezicht des konings en zijner raadsheren, en aller geweldige vorsten des konings! Zo heb ik mij gesterkt, naar de hand des HEEREN, mijns Gods, over mij, en de hoofden uit Israel vergaderd, om met mij op te trekken.
Nehemia 3:16Na hem verbeterde Nehemia, de zoon van Azbuk, overste van het halve deel van Beth-zur, tot tegenover Davids graven, en tot aan den gemaakten vijver, en tot aan het huis der helden.
Nehemia 9:32Nu dan, o onze God, Gij grote, Gij machtige, en Gij vreselijke God, Die het verbond en de weldadigheid houdt; laat voor Uw aangezicht niet gering zijn al de moeite, die ons getroffen heeft, onze koningen, onze vorsten, en onze priesteren; en onze profeten, en onze vaderen, en Uw ganse volk, van de dagen der koningen van Assur af tot op dezen dag.
Nehemia 11:14En hun broederen, dappere helden, waren honderd acht en twintig; en opziener over hen was Zabdiel, de zoon van Gedolim.
Job 16:14Hij heeft mij gebroken met breuk op breuk; Hij is tegen mij aangelopen als een geweldige.
Psalm 19:6En die is als een bruidegom, uitgaande uit zijn slaapkamer; zij is vrolijk als een held, om het pad te lopen.
Psalm 24:8Wie is de Koning der ere? De HEERE, sterk en geweldig, de HEERE, geweldig in den strijd.
Psalm 33:16Een koning wordt niet behouden door een groot heir; een held wordt niet gered door grote kracht;
Psalm 45:4Gord Uw zwaard aan de heup, o Held! Uw Majesteit en Uw heerlijkheid.
Psalm 52:3Wat beroemt gij u in het kwaad, o gij geweldige? Gods goedertierenheid [duurt toch] den gansen dag.
Psalm 78:65Toen ontwaakte de Heere, als een slapende, als een held, die juicht van den wijn.
Psalm 89:20Toen hebt Gij in een gezicht gesproken van Uw heilige, en gezegd: Ik heb hulp besteld bij een held; Ik heb een verkorene uit het volk verhoogd.
Psalm 103:20Looft den HEERE, Zijn engelen! gij krachtige helden, die Zijn woord doet, gehoorzamende de stem Zijns woords.
Psalm 112:2[Gimel.] Zijn zaad zal geweldig zijn op aarde; [Daleth.] het geslacht der oprechten zal gezegend worden.
Psalm 120:4Scherpe pijlen eens machtigen, mitsgaders gloeiende jeneverkolen.
Psalm 127:4Gelijk de pijlen zijn in de hand eens helds, zodanig zijn de zonen der jeugd.
Spreuken 16:32De lankmoedige is beter dan de sterke; en die heerst over zijn geest, dan die een stad inneemt.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech