Exodus 39:2 | Aldus maakte hij den efod, van goud, hemelsblauw, en purper, en scharlaken, en fijn getweernd linnen. |
Exodus 39:3 | En zij rekten uit de dunne platen van goud, en sneden het tot draden, om te doen in het midden van het hemelsblauw, en in het midden van het purper, en in het midden van het scharlaken, en in het midden van het fijn linnen, van het allerkunstelijkste werk. |
Exodus 39:5 | En de kunstelijke riem zijns efods, die daarop was, was gelijk zijn werk, van hetzelfde, van goud, van hemelsblauw, en purper, en scharlaken, en fijn getweernd linnen, gelijk als de HEERE aan Mozes bevolen had. |
Exodus 39:6 | Zij bereidden ook de sardonixstenen, omvat in gouden kastjes, [als] zegelgravering gegraveerd, met de namen der zonen van Israel. |
Exodus 39:8 | Hij maakte ook den borstlap van het allerkunstelijkste werk, gelijk het werk des efods, van goud, hemelsblauw, en purper, en scharlaken, en fijn getweernd linnen. |
Exodus 39:13 | En de vierde rij van een Turkoois, en een Sardonix, en een Jaspis; omvat in gouden kastjes in hun vullingen. |
Exodus 39:15 | Zij maakten ook aan den borstlap gelijk-eindigende ketentjes, van gedraaid werk, uit louter goud. |
Exodus 39:16 | En zij maakten twee gouden kastjes, en twee gouden ringen; en zij zetten die twee ringen aan de beide einden des borstlaps. |
Exodus 39:17 | En zij zetten de twee gedraaide gouden ketentjes aan de twee ringen, aan de einden van den borstlap. |
Exodus 39:19 | Zij maakten ook twee gouden ringen, die zij aan de twee [andere] einden des borstlaps zetten, inwendig aan zijn boord, die aan de zijde des efods is. |
Exodus 39:20 | Nog maakten zij twee gouden ringen, die zij zetten aan de twee schouderbanden van den efod, beneden, aan deszelfs voorste zijde, tegenover zijn [andere] voege, boven den kunstelijken riem des efods. |
Exodus 39:25 | Zij maakten ook schelletjes van louter goud, en zij stelden de schelletjes tussen de granaatappelen, aan de zomen des mantels rondom, tussen de granaatappelen; |
Exodus 39:30 | Zij maakten ook de plaat van de kroon der heiligheid van louter goud, en zij schreven daarop een schrift, met zegelgravering: DE HEILIGHEID DES HEEREN. |
Exodus 39:38 | Verder het gouden altaar, en de zalfolie, en het reukwerk van welriekende specerijen, en het deksel van de deur der tent. |
Exodus 40:5 | En gij zult het gouden altaar ten reukwerk voor de ark der getuigenis zetten, dan zult gij het deksel van de deur des tabernakels ophangen. |
Exodus 40:26 | En hij zette het gouden altaar in de tent der samenkomst, voor den voorhang. |
Leviticus 8:9 | En hij zette den hoed op zijn hoofd; en aan den hoed boven zijn aangezicht zette hij de gouden plaat, de kroon der heiligheid, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. |
Numeri 4:11 | En over het gouden altaar zullen zij een kleed van hemelsblauw uitspreiden, en zullen dat met een deksel van dassenvellen bedekken; en zij zullen deszelfs handbomen aanleggen. |
Numeri 7:14 | Een reukschaal van tien gouden [sikkelen], vol reukwerks; |
Numeri 7:20 | En een reukschaal van tien gouden [sikkelen], vol reukwerks; |