H3615 כָּלָה
eindigen, voltooien, bezwijken, volbrengen, vernietigen, verteren, voleinden, gereed zijn
Job 33:21 | Dat zijn vlees verdwijnt uit het gezicht, en zijn beenderen, [die] niet gezien werden, uitsteken; |
Job 36:11 | Indien zij horen, en [Hem] dienen, zo zullen zij hun dagen eindigen in het goede, en hun jaren in liefelijkheden. |
Psalm 18:38 | Ik vervolgde mijn vijanden, en trof hen aan; en ik keerde niet weder, totdat ik hen verdaan had. |
Psalm 31:11 | Want mijn leven is verteerd van droefenis, en mijn jaren van zuchten; mijn kracht is vervallen door mijn ongerechtigheid, en mijn beenderen zijn doorknaagd. |
Psalm 37:20 | [Caph.] Maar de goddelozen zullen vergaan, en de vijanden des HEEREN zullen verdwijnen, als het kostelijkste der lammeren; met den rook zullen zij verdwijnen. |
Psalm 39:11 | Neem Uw plage van op mij weg, ik ben bezweken van de bestrijding Uwer hand. |
Psalm 59:14 | Verteer hen in grimmigheid; verteer hen, dat zij er niet zijn, en laat hen weten, dat God Heerser is in Jakob, [ja,] tot aan de einden der aarde. Sela. |
Psalm 69:4 | Ik ben vermoeid van mijn roepen, mijn keel is ontstoken, mijn ogen zijn bezweken, daar ik ben hopende op mijn God. |
Psalm 71:9 | Verwerp mij niet in den tijd des ouderdoms; verlaat mij niet, terwijl mijn kracht vergaat. |
Psalm 71:13 | Laat hen beschaamd worden, laat hen verteerd worden, die mijn ziel tegen zijn; laat hen met smaad en schande overdekt worden, die mijn kwaad zoeken. |
Psalm 72:20 | De gebeden van David, den zoon van Isai, hebben een einde. |
Psalm 73:26 | Bezwijkt mijn vlees en mijn hart, zo is God de Rotssteen mijns harten, en mijn Deel in eeuwigheid. |
Psalm 74:11 | Waarom trekt Gij Uw hand, ja, Uw rechterhand af? [Trek haar] uit het midden van Uw boezem; maak een einde. |
Psalm 78:33 | Dies deed Hij hun dagen vergaan in ijdelheid, en hun jaren in verschrikking. |
Psalm 84:3 | Mijn ziel is begerig, en bezwijkt ook van verlangen, naar de voorhoven des HEEREN; mijn hart en mijn vlees roepen uit tot den levenden God. |
Psalm 90:7 | Want wij vergaan door Uw toorn; en door Uw grimmigheid worden wij verschrikt. |
Psalm 90:9 | Want al onze dagen gaan henen door Uw verbolgenheid; wij brengen onze jaren door als een gedachte. |
Psalm 102:4 | Want mijn dagen zijn vergaan als rook, en mijn gebeenten zijn uitgebrand als een haard. |
Psalm 119:81 | Caph. Mijn ziel is bezweken van verlangen naar Uw heil; op Uw woord heb ik gehoopt. |
Psalm 119:82 | Mijn ogen zijn bezweken van verlangen naar Uw toezegging, terwijl ik zeide: Wanneer zult Gij mij vertroosten? |