Jesaja 33:6 | En het zal geschieden, dat de vastigheid uwer tijden, de sterkte van [uw] behoudenissen zal zijn wijsheid en kennis; de vreze des HEEREN zal zijn schat zijn. |
Jesaja 44:19 | En niemand [van hen] brengt het in zijn hart, en er is noch kennis noch verstand, dat hij zeggen zou: De helft daarvan heb ik verbrand in het vuur, ja, ook op de kolen daarvan heb ik brood gebakken, ik heb vlees [daarbij] gebraden, en heb het gegeten; en zou ik het overblijfsel daarvan tot een gruwel maken, zou ik nederknielen voor hetgeen van een boom gekomen is? |
Jesaja 53:11 | Om den arbeid Zijner ziel zal Hij het zien, [en] verzadigd worden; door Zijn kennis zal Mijn Knecht, de Rechtvaardige, velen rechtvaardig maken, want Hij zal hun ongerechtigheden dragen. |
Jesaja 58:2 | Hoewel zij Mij dagelijks zoeken, en een lust hebben aan de kennis Mijner wegen, als een volk, dat gerechtigheid doet en het recht zijns Gods niet verlaat, vragen zij Mij naar de rechten der gerechtigheid; zij hebben een lust tot God te naderen; |
Daniel 12:4 | En gij, Daniel! sluit deze woorden toe, en verzegel dit boek, tot den tijd van het einde; velen zullen het naspeuren, en de wetenschap zal vermenigvuldigd worden. |
Hosea 4:1 | Hoort des HEEREN woord, gij kinderen Israëls! want de HEERE heeft een twist met de inwoners des lands, omdat er geen trouw, en geen weldadigheid, en geen kennis van God in het land is; |
Hosea 4:6 | Mijn volk is uitgeroeid, omdat het zonder kennis is; dewijl gij de kennis verworpen hebt, heb Ik u ook verworpen, dat gij Mij het priesterambt niet zult bedienen; dewijl gij de wet uws Gods vergeten hebt, zal Ik ook uw kinderen vergeten. |
Hosea 6:6 | Want Ik heb lust tot weldadigheid, en niet tot offer; en tot de kennis Gods, meer dan tot brandofferen. |
Lukas 1:77 | Om Zijn volk kennis der zaligheid te geven, in vergeving hunner zonden. |
Lukas 11:52 | Wee u, gij wetgeleerden, want gij hebt den sleutel der kennis weggenomen; gijzelven zijt niet ingegaan, en die ingingen, hebt gij verhinderd. |
Handelingen 2:23 | Dezen, door den bepaalden raad en voorkennis Gods overgegeven zijnde, hebt gij genomen, en door de handen der onrechtvaardigen aan het [kruis] gehecht en gedood; |
Handelingen 17:11 | En dezen waren edeler, dan die te Thessalonica waren, [als] die het woord ontvingen met alle toegenegenheid, onderzoekende dagelijks de Schriften, of deze dingen alzo waren. |
Handelingen 23:15 | Gij dan nu, laat den overste weten met den raad, dat hij hem morgen tot u afbrenge, alsof gij nadere kennis zoudt nemen van zijn zaken; en wij zijn bereid hem om te brengen, eer hij bij [u] komt. |
Handelingen 24:22 | Toen nu Felix dit gehoord had, stelde hij hen uit, zeggende: Als ik nader wetenschap van dezen weg zal hebben, wanneer Lysias, de overste, zal afgekomen zijn, zo zal ik volle kennis nemen van uw zaken. |
Handelingen 25:21 | En als Paulus zich beriep, dat men hem tot de kennis des keizers bewaren zou, zo heb ik bevolen, dat hij bewaard zoude worden, ter tijd toe, dat ik hem tot den keizer zenden zou. |
Handelingen 26:3 | Allermeest, dewijl ik weet, dat gij kennis hebt van alle gewoonten en vragen, die onder de Joden zijn. Daarom bid ik u, dat gij mij lankmoediglijk hoort. |
Romeinen 2:20 | Een onderrichter der onwijzen, [en] een leermeester der onwetenden, hebbende de gedaante der kennis en der waarheid in de wet. |
Romeinen 3:20 | Daarom zal uit de werken der wet geen vlees gerechtvaardigd worden, voor Hem; want door de wet is de kennis der zonde. |
Romeinen 11:33 | O diepte des rijkdoms, beide der wijsheid en der kennis Gods, hoe ondoorzoekelijk zijn Zijn oordelen, en onnaspeurlijk Zijn wegen! |
Romeinen 15:14 | Doch, mijn broeders, ook ik zelf ben verzekerd van u, dat gij ook zelven vol zijt van goedheid, vervuld met alle kennis, machtig om ook elkander te vermanen. |