Colossenzen 1:9 | Waarom ook wij, van dien dag af dat wij het gehoord hebben, niet ophouden voor u te bidden en te begeren, dat gij moogt vervuld worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijk verstand; |
Colossenzen 1:10 | Opdat gij moogt wandelen waardiglijk den Heere, tot alle behagelijkheid, in alle goede werken vrucht dragende, en wassende in de kennis van God; |
Colossenzen 2:2 | Opdat hun harten vertroost mogen worden, en zij samengevoegd zijn in de liefde, en [dat] tot allen rijkdom der volle verzekerdheid des verstands, tot kennis der verborgenheid van God en den Vader, en van Christus; |
Colossenzen 2:3 | In Denwelken al de schatten der wijsheid en der kennis verborgen zijn. |
Colossenzen 3:10 | En aangedaan hebt den nieuwen [mens], die vernieuwd wordt tot kennis, naar het evenbeeld Desgenen, Die hem geschapen heeft; |
1 Timotheus 2:4 | Welke wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen. |
2 Timotheus 3:7 | [Vrouwkens], die altijd leren, en nimmermeer tot kennis der waarheid kunnen komen. |
Titus 1:1 | Paulus, een dienstknecht Gods, en een apostel van Jezus Christus, naar het geloof der uitverkorenen Gods, en de kennis der waarheid, die naar de godzaligheid is; |
Hebreeen 10:26 | Want zo wij willens zondigen, nadat wij de kennis der waarheid ontvangen hebben, zo blijft er geen slachtoffer meer over voor de zonden; |
1 Petrus 1:2 | Den uitverkorenen naar de voorkennis van God den Vader, in de heiligmaking des Geestes, tot gehoorzaamheid en besprenging des bloeds van Jezus Christus; genade en vrede zij u vermenigvuldigd. |
2 Petrus 1:2 | Genade en vrede zij u vermenigvuldigd door de kennis van God, en van Jezus, onzen Heere; |
2 Petrus 1:3 | Gelijk ons Zijn Goddelijke kracht alles, wat tot het leven en de godzaligheid [behoort], geschonken heeft, door de kennis Desgenen, Die ons geroepen heeft tot heerlijkheid en deugd; |
2 Petrus 1:5 | En gij, tot hetzelve ook alle naarstigheid toebrengende, voegt bij uw geloof deugd, en bij de deugd kennis, |
2 Petrus 1:6 | En bij de kennis matigheid, en bij de matigheid lijdzaamheid, en bij de lijdzaamheid godzaligheid, |
2 Petrus 1:8 | Want zo deze dingen bij u zijn, en [in u] overvloedig zijn, zij zullen [u] niet ledig noch onvruchtbaar laten in de kennis van onzen Heere Jezus Christus. |
2 Petrus 2:20 | Want indien zij, nadat zij, door de kennis van den Heere en Zaligmaker Jezus Christus, de besmettingen der wereld ontvloden zijn, en in dezelve wederom ingewikkeld zijnde, [van dezelve] overwonnen worden, zo is hun het laatste erger geworden dan het eerste. |
2 Petrus 3:16 | Gelijk ook in alle zendbrieven, daarin van deze dingen sprekende; in welke sommige dingen zwaar zijn om te verstaan, die de ongeleerde en onvaste [mensen] verdraaien, gelijk ook de andere Schriften, tot hun eigen verderf. |
2 Petrus 3:18 | Maar wast op in de genade en kennis van onzen Heere en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, beide nu en in de dag der eeuwigheid. Amen. |