Aantekeningen bij de Bijbel
Vragen, overdenkingen en achtergronden over de Bijbel,
welke resulteren in allerlei aantekeningen.
SV | En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid. |
Steph | οταν δε ελθη ο υιος του ανθρωπου εν τη δοξη αυτου και παντες οι αγιοι αγγελοι μετ αυτου τοτε καθισει επι θρονου δοξης αυτου
|
Trans. | otan de elthē o yios tou anthrōpou en tē doxē autou kai pantes oi agioi angeloi met autou tote kathisei epi thronou doxēs autou |
Algemeen
Zie ook: Engelen, Jezus Christus (God), Zoon des mensen, Troon
Mattheus 16:27, Mattheus 19:28, Mattheus 26:64, Markus 14:62, Lukas 21:27, Handelingen 1:11, 1 Thessalonicensen 4:16, 2 Thessalonicensen 1:10, Openbaring 1:7
Aantekeningen
En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid.
- de Zoon des mensen, In de Evangeliën wordt ruim 80x gezegd dat Jezus υιον του ανθρωπου "de Mensenzoon" is (verder komt dit alleen in Hand. 7:56 voor). Deze titel verwijst volgens de Joden naar een goddelijk persoon, zich daarbij baserend op Daniël 7:13-14."13 Ik keek toe in de nachtvisioenen, en zie, er kwam met de wolken van de hemel Iemand als עִם־עֲנָנֵ֣י een Mensenzoon. Hij kwam tot de Oude van dagen en men deed Hem voor Zijn aangezicht naderbij komen. 14 Hem werd gegeven heerschappij, eer en koningschap, en alle volken, natiën en talen moesten Hem vereren. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die Hem niet ontnomen zal worden, en Zijn koningschap zal niet te gronde gaan." (HSV) In deze profetie zien we dat deze Mensenzoon de rechtmatige heerser op de goddelijke troon is en voor eeuwig zal regeren, in Markus wordt hier dan ook naar verwezen (Mark. 14:62). Hierbij is het opvallend dat juist Jezus zelf vaak deze titel gebruikt en op zichzelf laat slaan.
Vertaalnotities
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid.
- οἱ ἄγγελοι א B D L Θ 074 f1 33 124 157 565 pc vg copsa copmae copbo(mss) arm geo(mss) Origen Eusebius Cyril NR CEI Riv TILC Nv NM; οἱ ἅγιοι ἄγγελοι A W f13 22 700 Byz itf syrp syrh copbo(mss) ς ND Dio; "heilige" komt niet voor in alle handschriften (derhalve ook niet in de NBG51, NBV en WV96)
- Lacune in minuscule 50, A232 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 140): Mat. 1:1-9:35; 12:3-23; 17:12-24; 25:20-32; Joh. 5:18-21:25.
- Lacune in minuscule 416, ε 422 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 187-188): Mat. 1:1-25:36; 26:17-27:17; 27:35-Mark. 2:25; Joh. 18:8-21:25;
Koop nu
Commentaar
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!