H241 אֹזֶן
oor, openbaren, oorlel, meedelen, (rechter)oorlapje, aanhoren ten - van, oren
Job 36:10 | En Hij openbaart het [voor] hunlieder oor ter tucht, en zegt, dat zij zich van de ongerechtigheid bekeren zouden. |
Job 36:15 | Hij zal den ellendige in zijn ellende vrijmaken, en in de onderdrukking zal Hij het [voor] hunlieder oor openbaren. |
Job 42:5 | Met het gehoor des oors heb ik U gehoord; maar nu ziet U mijn oog. |
Psalm 10:17 | HEERE! Gij hebt den wens der zachtmoedigen gehoord; Gij zult hun hart sterken, Uw oor zal opmerken; |
Psalm 17:6 | Ik roep U aan, omdat Gij mij verhoort; o God! neig Uw oor tot mij; hoor mijn rede. |
Psalm 18:7 | Als mij bange was, riep ik den HEERE aan, en riep tot mijn God; Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis, en mijn geroep voor Zijn aangezicht kwam in Zijn oren. |
Psalm 18:45 | Zo haast als [hun] oor [van mij] hoorde, hebben zij mij gehoorzaamd; vreemden hebben zich mij geveinsdelijk onderworpen. |
Psalm 31:3 | Neig Uw oor tot mij, red mij haastelijk; wees mij tot een sterken Rotssteen, tot een zeer vast Huis, om mij te behouden. |
Psalm 34:16 | [Ain.] De ogen des HEEREN zijn op de rechtvaardigen, en Zijn oren tot hun geroep. |
Psalm 40:7 | Gij hebt geen lust gehad aan slachtoffer en spijsoffer; Gij hebt mij de oren doorboord; brandoffer en zondoffer hebt Gij niet geeist. |
Psalm 44:2 | O God! wij hebben het met onze oren gehoord, onze vaders hebben het ons verteld: Gij hebt een werk gewrocht in hun dagen, in de dagen van ouds. |
Psalm 45:11 | Hoor, o Dochter! en zie, en neig uw oor; en vergeet uw volk en uws vaders huis. |
Psalm 49:5 | Ik zal mijn oor neigen tot een spreuk; ik zal mijn verborgene rede openen op de harp. |
Psalm 58:5 | Zij hebben vurig venijn, naar gelijkheid van vurig slangenvenijn; zij zijn als een dove adder, [die] haar oren toestopt; |
Psalm 71:2 | Red mij door Uw gerechtigheid, en bevrijd mij; neig Uw oor tot mij, en verlos mij. |
Psalm 78:1 | Een onderwijzing van Asaf. O mijn volk! neem mijn leer ter oren; neigt ulieder oor tot de redenen mijns monds. |
Psalm 86:1 | Een gebed van David. HEERE! neig Uw oor, verhoor mij; want ik ben ellendig en nooddruftig. |
Psalm 88:3 | Laat mijn gebed voor Uw aanschijn komen; neig Uw oor tot mijn geschrei. |
Psalm 92:12 | En mijn oog zal mijn verspieders aanschouwen; mijn oren zullen het horen, aangaande de boosdoeners, die tegen mij opstaan. |
Psalm 94:9 | Zou Hij, Die het oor plant, niet horen? zou Hij, Die het oog formeert, niet aanschouwen? |