H3684 כְּסִיל
dwaas, zot, domoor, gek

Bijbelteksten

Prediker 6:8Want wat heeft de wijze meer dan de zot? Wat heeft de arme [meer], die voor de levenden weet te wandelen?
Prediker 7:4Het hart der wijzen is in het klaaghuis; maar het hart der zotten in het huis der vreugde.
Prediker 7:5Het is beter te horen het bestraffen des wijzen, dan dat iemand hore het gezang der dwazen.
Prediker 7:6Want gelijk het geluid der doornen onder een pot is, alzo is het lachen eens zots. Dit is ook ijdelheid.
Prediker 7:9Zijt niet haastig in uw geest om te toornen; want de toorn rust in den boezem der dwazen.
Prediker 9:17De woorden der wijzen moeten in stilheid aangehoord worden, meer dan het geroep desgenen, die over de zotten heerst.
Prediker 10:2Het hart des wijzen is tot zijn rechter-, maar het hart eens zots is tot zijn linkerhand.
Prediker 10:12De woorden van een wijzen mond zijn aangenaam; maar de lippen van een zot verslinden hemzelve.
Prediker 10:15De arbeid der zotten maakt een iegelijk van hen moede; dewijl zij niet weten naar de stad te gaan.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech