H5387 נָשִׂיא
vorst, prins, wolk

Bijbelteksten

Numeri 7:60Op den negenden dag [offerde] de overste der kinderen van Benjamin, Abidan, de zoon van Gideoni.
Numeri 7:66Op den tienden dag [offerde] de overste der kinderen van Dan, Ahiezer, de zoon van Ammisaddai.
Numeri 7:72Op den elfden dag [offerde] de overste der kinderen van Aser, Pagiel, de zoon van Ochran.
Numeri 7:78Op den twaalfden dag [offerde] de overste der kinderen van Nafthali, Ahira, de zoon van Enan.
Numeri 7:84Dit was de inwijding des altaars van de oversten van Israel, op den dag als hetzelve gezalfd werd: twaalf zilveren schotels, twaalf zilveren sprengbekkens, twaalf gouden reukschalen.
Numeri 10:4Maar als zij met de ene zullen blazen, dan zullen tot u vergaderd worden de oversten, de hoofden der duizenden van Israel.
Numeri 13:2Zend u mannen uit: die het land Kanaan verspieden, hetwelk Ik den kinderen Israels geven zal; van elken stam zijner vaderen zult gijlieden een man zenden, zijnde ieder een overste onder hen.
Numeri 16:2En zij stonden op voor het aangezicht van Mozes, mitsgaders tweehonderd en vijftig mannen uit de kinderen Israels, oversten der vergadering, de geroepenen der samenkomst, mannen van naam.
Numeri 17:2Spreek tot de kinderen Israels, en neem van hen voor elk vaderlijk huis een staf, van al hun oversten, naar het huis hunner vaderen, twaalf staven; eens iegelijken naam zult gij schrijven op zijn staf.
Numeri 17:6Mozes dan sprak tot de kinderen Israels, en al hun oversten gaven aan hem een staf, voor elken overste een staf, naar het huis hunner vaderen, twaalf staven; Aarons staf was ook onder hun staven.
Numeri 25:14De naam nu des verslagenen Israelietischen mans, die verslagen was met de Midianietin, was Zimri, de zoon van Salu, een overste van een vaderlijk huis der Simeonieten.
Numeri 25:18Want zij hebben vijandelijk tegen ulieden gehandeld door hun listen, die zij listig tegen u bedacht hebben in de zaak van Peor, en in de zaak van Kozbi, de dochter van den overste der Midianieten, hun zuster, die verslagen is, ten dage der plaag, om de zaak van Peor.
Numeri 27:2En zij stonden voor het aangezicht van Mozes, en voor het aangezicht van Eleazar, den priester, en voor het aangezicht van de oversten, en van de ganse vergadering, aan de deur van de tent der samenkomst, zeggende:
Numeri 31:13Maar Mozes en Eleazar, de priester, en alle oversten der vergadering, gingen uit hen tegemoet, tot buiten voor het leger.
Numeri 32:2Zo kwamen de kinderen van Gad en de kinderen van Ruben, en spraken tot Mozes, en tot Eleazar, den priester, en tot de oversten der vergadering, zeggende:
Numeri 34:18Daartoe zult gij uit elken stam een overste nemen, om het land ten erve uit te delen.
Numeri 34:22En van den stam der kinderen van Dan, de overste Bukki, zoon van Jogli;
Numeri 34:23Van de kinderen van Jozef: van den stam der kinderen van Manasse, de overste Hanniel, zoon van Efod;
Numeri 34:24En van den stam der kinderen van Efraim, de overste Kemuel, zoon van Siftan;
Numeri 34:25En van den stam der kinderen van Zebulon, de overste Elizafan, zoon van Parnach;

Mede mogelijk dankzij