Romeinen 9:13 | Gelijk geschreven is: Jakob heb Ik liefgehad, en Ezau heb Ik gehaat. |
Romeinen 9:33 | Gelijk geschreven is: Ziet, Ik leg in Sion een steen des aanstoots, en een rots der ergernis; en een iegelijk, die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. |
Romeinen 10:5 | Want Mozes beschrijft de rechtvaardigheid, die uit de wet is, [zeggende]: De mens, die deze dingen doet, zal door dezelve leven. |
Romeinen 10:15 | En hoe zullen zij prediken, indien zij niet gezonden worden? Gelijk geschreven is: Hoe liefelijk zijn de voeten dergenen, die vrede verkondigen, dergenen, die het goede verkondigen! |
Romeinen 11:8 | (Gelijk geschreven is: God heeft hun gegeven een geest des diepen slaaps; ogen om niet te zien, en oren om niet te horen) tot op den huidigen dag. |
Romeinen 11:26 | En alzo zal geheel Israel zalig worden; gelijk geschreven is: De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob. |
Romeinen 12:19 | Wreekt uzelven niet, beminden, maar geeft den toorn plaats; want er is geschreven: Mij [komt] de wraak [toe]; Ik zal het vergelden, zegt de Heere. |
Romeinen 14:11 | Want er is geschreven: Ik leef, zegt de Heere; voor Mij zal alle knie zich buigen, en alle tong zal God belijden. |
Romeinen 15:3 | Want ook Christus heeft Zichzelven niet behaagd, maar gelijk geschreven is: De smadingen dergenen, die U smaden, zijn op Mij gevallen. |
Romeinen 15:9 | En de heidenen God vanwege de barmhartigheid zouden verheerlijken; gelijk geschreven is: Daarom zal ik U belijden onder de heidenen, en Uw Naam lofzingen. |
Romeinen 15:15 | Maar ik heb u eensdeels te stoutelijker geschreven, broeders, u als wederom [dit] indachtig makende, om de genade, die mij van God gegeven is; |
Romeinen 15:21 | Maar gelijk geschreven is: Denwelken van Hem niet was geboodschapt, die zullen het zien; en dewelke het niet gehoord hebben, die zullen het verstaan. |
Romeinen 16:22 | Ik, Tertius, die den brief geschreven heb, groet u in den Heere. |
1 Corinthiers 1:19 | Want er is geschreven: Ik zal de wijsheid der wijzen doen vergaan, en het verstand der verstandigen zal Ik te niet maken. |
1 Corinthiers 1:31 | Opdat [het zij], gelijk geschreven is: Die roemt, roeme in den Heere. |
1 Corinthiers 2:9 | Maar gelijk geschreven is: Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben. |
1 Corinthiers 3:19 | Want de wijsheid dezer wereld is dwaasheid bij God; want er is geschreven: Hij vat de wijzen in hun arglistigheid; |
1 Corinthiers 4:6 | En deze dingen, broeders, heb ik op mijzelven en Apollos bij gelijkenis toegepast, om uwentwil; opdat gij aan ons zoudt leren, niet te gevoelen boven hetgeen geschreven is, dat gij niet, de een om eens anders wil, opgeblazen wordt tegen den ander. |
1 Corinthiers 4:14 | Ik schrijf deze dingen niet om u te beschamen, maar als mijn lieve kinderen vermaan ik [u]. |
1 Corinthiers 5:9 | Ik heb u geschreven in den brief, dat gij u niet zoudt vermengen met de hoereerders; |