G1125 γράφω
schrijven

Bijbelteksten

1 Johannes 1:4En deze dingen schrijven wij u, opdat uw blijdschap vervuld zij.
1 Johannes 2:1Mijn kinderkens, ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Jezus Christus, den Rechtvaardige;
1 Johannes 2:7Broeders! Ik schrijf u geen nieuw gebod, maar een oud gebod, dat gij van den beginne gehad hebt; dit oud gebod is het woord, dat gij van den beginne gehoord hebt.
1 Johannes 2:8Wederom schrijf ik u een nieuw gebod: hetgeen waarachtig is in Hem, zij ook in u [waarachtig]; want de duisternis gaat voorbij, en het waarachtige licht schijnt nu.
1 Johannes 2:12Ik schrijf u, kinderkens, want de zonden zijn u vergeven om Zijns Naams wil.
1 Johannes 2:13Ik schrijf u, vaders! want gij hebt [Hem] gekend, Die van den beginne is. Ik schrijf u, jongelingen, want gij hebt den boze overwonnen. Ik schrijf u, kinderen, want gij hebt den Vader gekend.
1 Johannes 2:14Ik heb u geschreven, vaders, want gij hebt [Hem] gekend, Die van den beginne is. Ik heb u geschreven, jongelingen, want gij zijt sterk, en het Woord Gods blijft in u, en gij hebt den boze overwonnen.
1 Johannes 2:21Ik heb u niet geschreven, omdat gij de waarheid niet weet, maar omdat gij die weet, en omdat geen leugen uit de waarheid is.
1 Johannes 2:26Dit heb ik u geschreven van degenen, die u verleiden.
1 Johannes 5:13Dezen dingen heb ik u geschreven, die gelooft in den Naam des Zoons van God; opdat gij weet, dat gij het eeuwige leven hebt, en opdat gij gelooft in den Naam des Zoons van God.
2 Johannes 1:5En nu bid ik u, [uitverkoren] vrouwe, niet als u schrijvende een nieuw gebod, maar hetgeen wij gehad hebben van den beginne, [namelijk] dat wij elkander liefhebben.
2 Johannes 1:12Ik heb veel aan ulieden te schrijven, doch ik heb niet gewild door papier en inkt; maar ik hoop tot ulieden te komen, en mond tot mond [met u] te spreken, opdat onze blijdschap volkomen moge zijn.
3 Johannes 1:9Ik heb aan de Gemeente geschreven; maar Diotrefes, die onder hen zoekt de eerste te zijn, neemt ons niet aan.
3 Johannes 1:13Ik had veel te schrijven, maar ik wil u niet schrijven met inkt en pen;
Judas 1:3Geliefden, alzo ik alle naarstigheid doe om u te schrijven van de gemene zaligheid, zo heb ik noodzaak gehad aan u te schrijven en [u] te vermanen, dat gij strijdt voor het geloof, dat eenmaal den heiligen overgeleverd is.
Openbaring 1:3Zalig is hij, die leest, en zijn zij, die horen de woorden dezer profetie, en die bewaren, hetgeen in dezelve geschreven is; want de tijd is nabij.
Openbaring 1:11Zeggende: Ik ben de Alfa en de Omega, de Eerste en de Laatste; en hetgeen gij ziet, schrijf dat in een boek, en zend het aan de zeven gemeenten, die in Azie zijn, [namelijk] naar Efeze, en naar Smyrna, en naar Pergamus, en naar Thyatire, en naar Sardis, en naar Filadelfia, en naar Laodicea.
Openbaring 1:19Schrijf, hetgeen gij gezien hebt, en hetgeen is, en hetgeen geschieden zal na dezen:
Openbaring 2:1Schrijf aan den engel der Gemeente van Efeze: Dit zegt Hij, Die de zeven sterren in Zijn rechter[hand] houdt, Die in het midden der zeven gouden kandelaren wandelt:
Openbaring 2:8En schrijf aan den engel der Gemeente van die van Smyrna: Dit zegt de Eerste en de Laatste, Die dood geweest is, en [weder] levend is geworden:

Mede mogelijk dankzij

StudieboekenStudieboeken