G1125 γράφω
schrijven

Bijbelteksten

2 Corinthiers 13:2Ik heb het te voren gezegd, en zeg het te voren als tegenwoordig zijnde de tweede maal, en ik schrijf het nu afwezende aan degenen, die te voren gezondigd hebben, en aan al de anderen, dat, zo ik wederom kom, ik [hen] niet zal sparen;
2 Corinthiers 13:10Daarom schrijf ik, afwezende, deze dingen, opdat ik niet, tegenwoordig zijnde, strengheid zou gebruiken, naar de macht, die mij de Heere gegeven heeft tot opbouwing, en niet tot nederwerping.
Galaten 1:20Hetgeen nu ik u schrijf, ziet, [ik getuig] voor God, dat ik niet lieg!
Galaten 3:10Want zovelen als er uit de werken der wet zijn, die zijn onder den vloek; want er is geschreven: Vervloekt is een iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der wet, om dat te doen.
Galaten 3:13Christus heeft ons verlost van den vloek der wet, een vloek geworden zijnde voor ons; want er is geschreven: Vervloekt is een iegelijk, die aan het hout hangt.
Galaten 4:22Want er is geschreven, dat Abraham twee zonen had, een uit de dienstmaagd, en een uit de vrije.
Galaten 4:27Want er is geschreven: Wees vrolijk, gij onvruchtbare, die niet baart, breek uit en roep, gij, die geen barensnood hebt, want de kinderen der eenzame zijn veel meer, dan dergene, die den man heeft.
Galaten 6:11Ziet, hoe groten brief ik u geschreven heb met mijn hand.
Filippenzen 3:1Voorts, mijn broeders, verblijdt u in den Heere. Dezelfde dingen aan u te schrijven, is mij niet verdrietig, en het is u zeker.
1 Thessalonicensen 4:9Van de broederlijke liefde nu hebt gij niet van node, dat ik u schrijve; want gijzelven zijt van God geleerd om elkander lief te hebben.
1 Thessalonicensen 5:1Maar van de tijden en de gelegenheden, broeders, hebt gij niet van node, dat men u schrijve.
2 Thessalonicensen 3:17De groetenis met mijn hand, van Paulus; hetwelk is een teken in iederen zendbrief; alzo schrijf ik.
1 Timotheus 3:14Deze dingen schrijf ik u, hopende zeer haast tot u te komen;
Filemon 1:19Ik, Paulus, heb het geschreven met deze mijn hand, ik zal het betalen; opdat ik u niet zegge, dat gij ook uzelven mij daartoe schuldig zijt.
Filemon 1:21Ik heb aan u geschreven, vertrouwende op uw gehoorzaamheid; en ik weet, dat gij doen zult ook boven hetgeen ik zeg.
Hebreeen 10:7Toen sprak Ik: Zie, Ik kom (in het begin des boeks is van Mij geschreven), om Uw wil te doen, o God!
1 Petrus 1:16Daarom dat er geschreven is: Zijt heilig, want Ik ben heilig.
1 Petrus 5:12Door Silvanus, die u een getrouw broeder is, zo ik acht, heb ik met weinige [woorden] geschreven, vermanende en betuigende, dat deze is de waarachtige genade Gods, in welke gij staat.
2 Petrus 3:1Dezen tweeden zendbrief, geliefden, schrijf ik nu aan u, in welke [beide] ik door vermaning uw oprecht gemoed opwekke;
2 Petrus 3:15En acht de lankmoedigheid onzes Heeren voor zaligheid; gelijkerwijs ook onze geliefde broeder Paulus, naar de wijsheid, die hem gegeven is, ulieden geschreven heeft;

Mede mogelijk dankzij

TuinTuin