Filippenzen 2:19 | En ik hoop in den Heere Jezus Timotheus haast tot u te zenden, opdat ik ook welgemoed moge zijn, als ik uw zaken zal verstaan hebben. |
Filippenzen 2:20 | Want ik heb niemand, die even alzo gemoed is, dewelke oprechtelijk uw zaken zal bezorgen. |
Filippenzen 2:25 | Maar ik heb nodig geacht tot u te zenden Epafroditus, mijn broeder, en medearbeider en medestrijder, en uw afgezondene, en bedienaar mijner nooddruft; |
Filippenzen 2:30 | Want om het werk van Christus was hij tot nabij den dood gekomen, [zijn] leven niet achtende, opdat hij het gebrek uwer bediening aan mij vervullen zou. |
Filippenzen 4:5 | Uw bescheidenheid zij allen mensen bekend. De Heere is nabij. |
Filippenzen 4:6 | Weest in geen ding bezorgd; maar laat uw begeerten in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God; |
Filippenzen 4:7 | En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw zinnen bewaren in Christus Jezus. |
Filippenzen 4:9 | Hetgeen gij ook geleerd, en ontvangen, en gehoord, en in mij gezien hebt, doet dat; en de God des vredes zal met u zijn. |
Filippenzen 4:17 | Niet dat ik de gave zoek, maar ik zoek de vrucht, die overvloedig is tot uw rekening. |
Filippenzen 4:18 | Maar ik heb alles ontvangen, en ik heb overvloed; ik ben vervuld geworden, als ik van Epafroditus ontvangen heb, dat van u [gezonden was, als] een welriekende reuk, een aangename offerande, Gode welbehagelijk. |
Filippenzen 4:19 | Doch mijn God zal naar Zijn rijkdom vervullen al uw nooddruft, in heerlijkheid, door Christus Jezus. |
Filippenzen 4:23 | De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. |
Colossenzen 1:3 | Wij danken den God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, altijd voor u biddende; |
Colossenzen 1:4 | Alzo wij van uw geloof in Christus Jezus gehoord hebben, en van de liefde, die [gij hebt] tot alle heiligen. |
Colossenzen 1:7 | Gelijk gij ook geleerd hebt van Epafras, onzen geliefden mededienstknecht, dewelke een getrouw dienaar van Christus is voor u; |
Colossenzen 1:8 | Die ons ook verklaard heeft uw liefde in den Geest. |
Colossenzen 1:9 | Waarom ook wij, van dien dag af dat wij het gehoord hebben, niet ophouden voor u te bidden en te begeren, dat gij moogt vervuld worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijk verstand; |
Colossenzen 1:24 | Die mij nu verblijd in mijn lijden voor u, en vervulle in mijn vlees de overblijfselen van de verdrukkingen van Christus, voor Zijn lichaam, hetwelk is de Gemeente; |
Colossenzen 2:1 | Want ik wil, dat gij weet, hoe groten strijd ik voor u heb, en [voor] degenen, die te Laodicea zijn, en zo velen als er mijn aangezicht in het vlees niet hebben gezien; |
Colossenzen 2:5 | Want hoewel ik met het vlees van [u] ben, nochtans ben ik met den geest bij u, mij verblijdende en ziende uw ordening, en de vastigheid van uw geloof in Christus. |