G5736

Bijbelteksten

Galaten 5:5Want wij verwachten door den Geest, uit het geloof, de hoop der rechtvaardigheid.
Galaten 5:17Want het vlees begeert tegen den Geest, en de Geest tegen het vlees; en deze staan tegen elkander, alzo dat gij niet doet, hetgeen gij wildet.
Efeziers 3:4Waaraan gij, [dit] lezende, kunt bemerken mijn wetenschap, in deze verborgenheid van Christus),
Efeziers 4:17Ik zeg dan dit, en betuig het in den Heere, dat gij niet meer wandelt, gelijk als de andere heidenen wandelen in de ijdelheid huns gemoeds.
Efeziers 5:6Dat u niemand verleide met ijdele woorden; want om deze dingen komt de toorn Gods over de kinderen der ongehoorzaamheid.
Filippenzen 1:9En dit bid ik [God], dat uw liefde nog meer en meer overvloedig worde in erkentenis en alle gevoelen;
Filippenzen 1:12En ik wil, dat gij weet, broeders, dat hetgeen aan mij [is geschied], meer tot bevordering van het Evangelie gekomen is;
Filippenzen 1:17Doch dezen uit liefde, dewijl zij weten, dat ik tot verantwoording van het Evangelie gezet ben.
Filippenzen 3:8Ja, gewisselijk, ik acht ook alle dingen schade te zijn, om de uitnemendheid der kennis van Christus Jezus, mijn Heere; om Wiens wil ik al die dingen schade gerekend heb, en acht die drek te zijn, opdat ik Christus moge gewinnen.
Filippenzen 3:13Broeders, ik acht niet, dat ik zelf het gegrepen heb.
Filippenzen 3:20Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook den Zaligmaker verwachten, [namelijk] den Heere Jezus Christus;
Filippenzen 4:21Groet alle heiligen in Christus Jezus; U groeten de broeders, die met mij zijn.
Filippenzen 4:22Al de heiligen groeten u, en meest die van het huis des keizers zijn.
Colossenzen 3:6Om welke de toorn Gods komt over de kinderen der ongehoorzaamheid;
Colossenzen 4:10U groet Aristarchus, mijn medegevangene; en Markus, de neef van Barnabas, aangaande welken gij bevelen ontvangen hebt; zo hij tot u komt, ontvangt hem;
Colossenzen 4:12U groet Epafras, die uit de uwen is, een dienstknecht van Christus, te allen tijde strijdende voor u in de gebeden, opdat gij staan moogt volmaakt en volkomen in al den wil van God.
Colossenzen 4:14U groet Lukas, de medicijnmeester, de geliefde, en Demas.
1 Thessalonicensen 3:3Opdat niemand bewogen worde in deze verdrukkingen; want gij weet zelven, dat wij hiertoe gesteld zijn.
1 Thessalonicensen 3:9Want wat dankzegging kunnen wij Gode tot vergelding wedergeven voor u, vanwege al de blijdschap, waarmede wij ons om uwentwil verblijden voor onzen God?
1 Thessalonicensen 5:2Want gij weet zelven zeer wel, dat de dag des Heeren alzo zal komen, gelijk een dief in de nacht.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken