Judas 1:10 | Maar dezen, hetgeen zij niet weten, dat lasteren zij; en hetgeen zij natuurlijk, als de onredelijke dieren, weten, in hetzelve verderven zij zich. |
Openbaring 1:7 | Ziet, Hij komt met de wolken en alle oog zal Hem zien, ook degenen, die Hem doorstoken hebben; en alle geslachten der aarde zullen over Hem rouw bedrijven; ja, amen. |
Openbaring 2:2 | Ik weet uw werken, en uw arbeid, en uw lijdzaamheid, en dat gij de kwaden niet kunt dragen; en [dat] gij beproefd hebt degenen, die uitgeven, dat zij apostelen zijn, en zij zijn het niet; en hebt ze leugenaars bevonden; |
Openbaring 2:5 | Gedenk dan, waarvan gij uitgevallen zijt, en bekeer u, en doe de eerste werken; en zo niet, Ik zal u haastelijk [bij]komen, en zal uw kandelaar van zijn plaats weren, indien gij u niet bekeert. |
Openbaring 2:16 | Bekeer u; en zo niet, Ik zal u haastelijk [bij]komen, en zal tegen hen krijg voeren met het zwaard Mijns monds. |
Openbaring 3:8 | Ik weet uw werken; zie, Ik heb een geopende deur voor u gegeven, en niemand kan die sluiten; want gij hebt kleine kracht, en gij hebt Mijn woord bewaard, en hebt Mijn Naam niet verloochend. |
Openbaring 3:11 | Zie, Ik kom haastelijk; houd dat gij hebt, opdat niemand uw kroon neme. |
Openbaring 4:5 | En van den troon gingen uit bliksemen, en donderslagen, en stemmen; en zeven vurige lampen waren brandende voor den troon, welke zijn de zeven geesten Gods. |
Openbaring 6:1 | En ik zag, toen het Lam een van de zegelen geopend had, en ik hoorde een uit de vier dieren zeggen, als een stem van een donderslag: Kom en zie! |
Openbaring 6:3 | En toen Het het tweede zegel geopend had, hoorde ik het tweede dier zeggen: Kom en zie! |
Openbaring 6:5 | En toen Het het derde zegel geopend had, hoorde ik het derde dier zeggen: Kom en zie! En ik zag, en ziet, een zwart paard, en die daarop zat, had een weegschaal in zijn hand. |
Openbaring 6:7 | En toen Het het vierde zegel geopend had, hoorde ik een stem van het vierde dier, die zeide: Kom en zie! |
Openbaring 6:17 | Want de grote dag Zijns toorns is gekomen, en wie kan bestaan? |
Openbaring 9:12 | Het ene wee is weggegaan, ziet, er komen nog twee weeen na dezen. |
Openbaring 9:17 | En ik zag alzo de paarden in dit gezicht, en die daarop zaten, hebbende vurige, en hemelsblauwe, en sulfervervige borstwapenen; en de hoofden der paarden waren als hoofden van leeuwen, en uit hun monden ging vuur, en rook, en sulfer. |
Openbaring 9:20 | En de overige mensen, die niet gedood zijn door deze plagen, hebben zich niet bekeerd van de werken hunner handen, dat zij niet zouden aanbidden de duivelen; en de gouden, en zilveren, en koperen, en stenen, en houten afgoden, die noch zien kunnen, noch horen, noch wandelen; |
Openbaring 10:3 | En hij riep met een grote stem, gelijkerwijs een leeuw brult; en als hij geroepen had, spraken de zeven donderslagen hun stemmen. |
Openbaring 11:5 | En zo iemand die wil beschadigen, een vuur zal uit hun mond uitgaan, en zal hun vijanden verslinden; en zo iemand hen wil beschadigen, die moet alzo gedood worden. |
Openbaring 11:14 | Het tweede wee is weggegaan; ziet, het derde wee komt haast. |
Openbaring 13:17 | En dat niemand mag kopen of verkopen, dan die dat merkteken heeft, of den naam van het beest, of het getal zijns naams. |