Jozef (Grieks Ἰωσήφ G2501), de man van Maria en stiefvader van Jezus.
In de Bijbel lezen we maar weinig over hem en dan nog alleen in de Evangeliën van Mattheüs en Lukas. Wat opvalt is dat hij een eerbaar man was en toen hij merkte dat Maria niet zwanger was van hem hij haar niet ten schande wilde maken en haar in het geheim wilde verlaten (Mat. 1:19). Als hij via een engel hoort wat de oorzaak van de zwangerschap is, neemt hij direct de verantwoordelijkheid op zich (Mat. 1:20) en adopteert Jezus als zijn eigen zoon.
In Mattheüs 13:55 wordt gezegd dat Jozef een timmerman was. Echter het Griekse woord tektōn wat in alle vertalingen met ‘timmerman’ wordt vertaald, is volgens de verschillende woordenboeken iemand die werkt met hout of steen, in tweede instantie wordt aangegeven een handwerker (als tegenpool van een metaalbewerker of smid). Het is iemand die huizen bouwt of construeert, waarbij wij in het laatste geval zouden zeggen een architect.