Psalm 120:5

ABWee mij, dat ik een vreemdeling ben [in] Mesech, dat ik woon in de tenten van Kedar.
SVO, wee mij, dat ik een vreemdeling ben [in] Mesech, dat ik in de tenten Kedars wone.
WLCאֹֽויָה־לִ֭י כִּי־גַ֣רְתִּי מֶ֑שֶׁךְ כַ֗נְתִּי עִֽם־אָהֳלֵ֥י קֵדָֽר׃
Trans.’wōyâ-lî kî-ḡarətî mešeḵə šāḵanətî ‘im-’âŏlê qēḏār:

Algemeen

Zie ook: Kedar, Mesech, Tent

Aantekeningen

O, wee mij, dat ik een vreemdeling ben [in] Mesech, dat ik in de tenten Kedars wone.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

אֽוֹיָה־

O, wee

לִ֭י

-

כִּי־

-

גַ֣רְתִּי

mij, dat ik een vreemdeling ben

מֶ֑שֶׁךְ

Mesech

שָׁ֝כַ֗נְתִּי

wone

עִֽם־

-

אָהֳלֵ֥י

dat ik in de tenten

קֵדָֽר

Kedars


O, wee mij, dat ik een vreemdeling ben [in] Mesech, dat ik in de tenten Kedars wone.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!